Nederlands
KSM-3
Werking van de KSM-3
Zodra een voertuig de isolatie tussen de verschillend polariteiten binnen
en buiten de keerlus overbrugt, wisselt de KSM-3 de polariteit binnen in
de keerlus. De KSM-3 herkent reeds de spanningsval aan de overgang
naar kortsluiting en kan binnen enkele milliseconden reageren, voor dat
de spanning veroorzaakt door kortsluiting samen valt.
De drempelwaarde voor de polariteit wissel is afhankelijk van de
gebruikte gelijkspanning en moet daarom individueel middels een trim-
potmeter ingesteld worden. Om de juiste instelling te bereiken, gaat
een LED op de KSM-3 aan, zodra de drempelwaarde (voor de
desbetreffende modelbaan) optimaal ingesteld is. Daarmee wordt zeker
gesteld, dat beschadigingen aan de wielen, sleepcontacten en rails
doeltreffend voorkomen worden en het voertuig de isolaties schokloos
passeert.
Geïntegreerde wissel schakeling
De KSM-3 heeft een extra uitgang voor het aansluiten van een wissel
met dubbele elektromagnetische aandrijving. Om wissels met motor
aandrijving aan te kunnen sluiten, is een extra adapter voor motor
aangedreven wissels AMW-1 (Art.-Nr. 72-00076) nodig.
De wissel wordt automatisch geschakeld, zodra de locomotief één van
beiden isolaties bereikt heeft (gelijktijdig met het omschakelen van de
polariteit). Voor de beide isolatiepunten is de juiste wissel positie vast
toegewezen, zo dat het verzetten van de wissel van buitenaf de zekere
werking niet kan beïnvloeden.
Werking
Fase 1: Overeenkomstig de actuele wissel positie rijdt de locomotief
links of rechts om in de keerlus. Als de locomotief in een bepaalde
richting door de keerlus moet rijden, kan de wissel van buitenaf zo
worden ingesteld.
Pagina 10