Stalling ............................................................... 28
Schema's .................................................................... 29
Veiligheid
Risicobeheersing en ongevallenpreventie zijn
afhankelijk van de oplettendheid, zorgvuldigheid
en een goede training van het personeel dat is
belast met het gebruik, onderhoud en opslag van
de machine. Onjuist gebruik of onderhoud van
het voertuig kan lichamelijk of dodelijk letsel
veroorzaken. Om het risico van lichamelijk of
dodelijk letsel te verminderen, moet u zich aan de
volgende veiligheidsinstructies houden.
Veilige bediening
De volgende instructies zijn ontleend aan de ANSI-norm
B71.4.1-2004.
Instructie
• Lees of raadpleeg de gebruikershandleiding en
ander instructiemateriaal. Als de bestuurder(s)
of de monteur(s) de taal waarin de handleiding is
geschreven, niet machtig is (zijn), moet de eigenaar
ervoor zorgen dat deze de inhoud van het materiaal
begrijpt.
• Zorg ervoor dat u vertrouwd raakt met de
bedieningsorganen en de veiligheidssymbolen, en
weet hoe u de machine veilig kunt gebruiken.
• Alle bestuurders en monteurs moeten instructies
hebben ontvangen. De eigenaar is verantwoordelijk
voor de instructie van de gebruikers.
• Laat kinderen of personen die geen instructie
hebben ontvangen, de machine nooit gebruiken
of onderhoudswerkzaamheden daaraan verrichten.
Plaatselijke voorschriften kunnen nadere eisen stellen
aan de leeftijd van degene die met de machine werkt.
• De eigenaar/gebruiker is verantwoordelijk voor
ongelukken, letsel van hemzelf/haarzelf of van
anderen, en schade aan eigendom, die hij/zij kan
voorkomen.
Vóór ingebruikname
• Inspecteer het terrein om vast te stellen welke
accessoires en werktuigen nodig zijn om goed en
veilig te werken. Gebruik alleen door de fabrikant
goedgekeurde accessoires en werktuigen.
• Draag geschikte kleding en uitrusting, zoals een
helm, een veiligheidsbril en gehoorbescherming.
Lang haar, losse kleding of sieraden kunnen worden
gegrepen door bewegende onderdelen.
• Inspecteer het terrein waarop u de maaimachine gaat
gebruiken en verwijder eventuele voorwerpen die
door de machine kunnen worden uitgeworpen.
4