Figuur 23 Monteren van de poortflens
5.
Draai de rotor langzaam in een richting die de slang
op het tapse gat doet aansluiten.
6.
Draai alle 4 bouten volledig aan zodat de slang wordt
ingeklemd, en zorg dat de slang door de opening aan
de zijkant van de behuizing tussen de flens en de
behuizing kan worden gezien.
7.
Draai de pomp vooruit en stop wanneer de slang aan
het andere eind ongeveer 30 mm naar buiten steekt.
8.
Herhaal de volgorde voor het installeren van de flens.
(Zie punten 1-6)
5.6.3
Monteren van de poortflens (gespleten flens
assemblage)
De slang is op z'n plaats en steekt er aan de
inlaatkant (de kant waardoor de slang is
aangebracht) ongeveer 30 mm uit
1.
Plaats beide helften van de stalen flensassemblage
rond het van toepassing zijnde slanginzetstuk.
2.
Schroef de helften met de meegeleverde schroeven
aan elkaar, draai ze aan met een schroevendraaier
en breng een kleine hoeveelheid vet op de
schroefdraden aan om vastlopen te voorkomen.
3.
De flenzen worden dan, via de standaard vaste
flensassemblage, in de slangen op de pomp
geassembleerd. (Zie 5.6.2)
4.
Aanbevolen wordt dat de flensbouten worden
geïnstalleerd met een kleine hoeveelheid vet op de
schroefdraad.
Figuur 24 Installeren van de gespleten flens
Dura 5 - 35
5.6.4
De pomp met smeermiddel vullen
Om de compatibiliteit te controleren dient u de
veiligheidsgegevensbladen
Verdersil bij de fabrikant te bestellen.
1.
Zorg dat er een geschikte bak aanwezig is om
gemorst smeermiddel te verzamelen.
2.
Zorg dat het smeermiddel compatibel is met de
gepompte vloeistof.
Vul het pomphuis tot het laagste boutgat van het
inspectievenster
Smeermiddelen).
5.7
De leidingen aansluiten
Besmetting van de gepompte media als gevolg van
onzuiverheden in de pomp!
Men dient er voor te zorgen dat er geen besmetting in
de gepompte media terecht komt.
1.
Reinig vóór de assemblage alle leidingonderdelen en
fittingen.
2.
Zorg ervoor dat de flensafdichting niet naar binnen
steekt en de stroming afsluit.
3.
Verwijder vóór het installeren de flensafdekkingen
aan de zuig- en afvoerkant.
5.7.1
Het installeren van het leidingwerk
Controleer of alle bevestigingen aangedraaid zijn (→
1.
10.1.3 Aandraaimomenten)
2.
Verwijder de transport- en afdichtingkappen van de
pomp.
3.
Voordat leidingwerk aan de pomp wordt aangesloten:
Zorg dat de slang goed vastzit door de pomp droog
in beide richtingen 10-20 omwentelingen te draaien.
4.
Laat de leidingen in een doorlopende opwaartse of
neerwaartse helling lopen om luchtbellen te
voorkomen.
5.
Sluit de leidingen aan.
4.0v-06.2013
voor
Verderlube
met
smeermiddel
(→
OPMERKING
en
10.1.6
15 | Pagina