4 Verzorging en onderhoud
4
Verzorging en onderhoud
4.1
Behuizing reinigen
Zorg ervoor dat er geen water in het binnenste van het toestel binnendringt. Water
in het toestel kan schade veroorzaken.
Gebruik voor het reinigen geen schuurmiddelen, schuursponsjes, staalwol enz. Het
oppervlak wordt daardoor beschadigd. Vóór de reiniging moet de stroomtoevoer
worden onderbroken en de zekering resp. automatische zekering worden uitge-
schakeld.
Buitenkant
▸ Gebruik voor de reiniging een schone, vochtig-warme poetsdoek met wat toegevoegd
zacht reinigingsmiddel en droog daarna goed na.
Binnenkant
Aan de binnenkanten naast de metalen vetfilters en de schuiver kan zich vet en condens-
water ophopen.
▸ Gebruik voor de reiniging een schone, vochtig-warme poetsdoek met wat toegevoegd
zacht reinigingsmiddel, gebruik desgewenst een zachte borstel, droog na met keuken-
rol.
4.2
Metalen vetfilters
De metalen vetfilters moeten bij normaal gebruik minimaal elke twee maanden (bij inten-
sief gebruik ook vaker) en altijd als het alarm Verzadigingsindicator in werking wordt ge-
zet, worden gereinigd. Bij een optimaal onderhoud is de goede functionaliteit van de me-
talen vetfilters gedurende vele jaren gewaarborgd.
Demontage: productfamilie 62022/62023
▸ Klap het metalen vetfilter
megleuven
van de houder.
14
1
2
voren naar beneden en haal het voorzichtig uit de opna-