6.3
Instelling via de IR-afstandsbediening
Het apparaat kan via de infraroodafstandsbediening worden ingesteld. Op het apparaat zelf kunnen
geen instellingen worden uitgevoerd.
De witte led van de melder knippert snel gedurende een korte tijd om te bevestigen dat een IR-
signaal goed is ontvangen.
6.3.1
Opdrachten
Toets
Opdracht
Melder sluiten (vergrendelde toestand)
In gesloten toestand staan alleen de functies Verlichting schakelen en RESET ter
beschikking
Melder openen (ontgrendelde toestand)
Met deze toets wordt het apparaat voor de programmering geopend (ontgrendeld).
Vervolgens kunnen de instellingen voor de dag-/nachtmodus, de inschakeldrempel, de
nalooptijd, de detectiegevoeligheid en de statusleds worden uitgevoerd. Het proces
wordt automatisch beëindigd na 3 minuten zonder verdere invoer of door het indruk-
ken van de toets 'Melder sluiten'.
Resetten naar fabrieksinstellingen
Met deze opdracht (toets > 3 s indrukken) wordt het apparaat gereset naar zijn fabriek-
sinstelling.
Fabrieksinstellingen!
De individueel uitgevoerde instellingen gaan verloren.
Lichtsterkte opslaan
Met deze toets wordt het omgevingslicht gemeten en wordt deze waarde als inscha-
keldrempel overgenomen.
Bedieningshandleiding
BL4, BL4-C
93055 – IR-BL
LET OP
93288, 93284
19