10
De werktuigenbalk richten
Benodigde onderdelen voor deze stap:
1
Vulstuk (onderdeelnr. 110-7379)
1
Vulstuk (onderdeelnr. 110-7380)
1
Vulstuk (onderdeelnr. 110-7381)
Procedure
Als de werktuigenbalk gemonteerd is en de bevestigingen
vastgedraaid, moet u de volgende stappen uitvoeren om te
controleren of de tanden van de werktuigenbalk waterpas zijn:
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
2. Controleer of de bandendruk in alle banden juist
en gelijk is. Raadpleeg de Gebruikershandleiding
voor meer informatie over het controleren van de
bandenspanning.
3. Laat de werktuigenbalk zakken tot de tanden de grond
net raken.
4. Als de tanden van de werktuigenbalk gelijkmatig
contact maken met de grond, is de werktuigenbalk
waterpas.
Opmerking: Als de tanden aan de ene kant van
de werktuigenbalk eerder de grond raken, moet u de
werktuigenbalk richten. Richt de werktuigenbalk aan
de hand van deze procedure.
5. Meet de speling tussen de tanden en de grond aan
de kant die gericht moet worden. Gebruik dan de
volgende tabel om na te gaan welk vulstuk u moet
plaatsen.
Vulstuk (dikte)
110-7379 (0,0747 inch)
110-7381 (1345 inch)
110-7379 en 110-7381
(0,2094 inch)
110-7380 (0,25 inch)
110-7379 en 110-7380
(0,3247 inch)
6. Zet de bouten los waarmee de beugel van de draaibuis
bevestigd is om speling te verkrijgen tussen het frame
en de beugel van de draaibuis (Figuur 22).
Verandering in tandhoogte
aan buitenrand
1/8 inch
1/4 inch
3/8 inch
7/16 inch
9/16 inch
1. Opvulstuk
2. Beugel van draaibuis
Opmerking: Om het opvulstuk te monteren moet
u mogelijk het hefpedaal verwijderen om toegang te
verkrijgen tot de beugel van de draaibuis. Raapdleeg
Het hefpedaal van de werktuigenbalk monteren.
7.
Monteer het opvulstuk/de opvulstukken en zet al het
bevestigingsmateriaal vast.
8. Controleer of de werktuigenbalk nu waterpas is. Stel
af indien nodig.
11
Documentatiemateriaal
lezen/bewaren
Geen onderdelen vereist
Procedure
1. Lees het documentatiemateriaal.
2. Bewaar het documentatiemateriaal op een veilige plaats.
Gebruiksaanwijzing
•
Om de werktuigenbalk te laten zakken: beweeg de
hefgreep naar links en beneden, en vervolgens naar rechts
in de gewenste stand.
•
Om de werktuigenbalk omhoog te brengen: beweeg de
hefgreep naar links en boven, en vervolgens naar rechts
in de gewenste stand.
•
Om de werktuigenbalk omhoog te brengen en in
de transportstand te borgen: beweeg de hefgreep
naar de hoogste stand en druk het hefpedaal van de
werktuigenbalk naar beneden.
•
De werktuigenbalk vrijstellen uit de transportstand doet u
door de hefgreep naar een lagere stand te brengen.
11
Figuur 22
3. Bout