6 Onderhoud
5.1
Persoonlijke instellingen wijzigen
▸ Bij een uitgeschakeld toestel de toetsen
ingedrukt houden.
– Er weerklinkt een geluidssignaal.
▸ De twee sliders links van het display 3 aantippen.
– Er weerklinkt een geluidssignaal.
– In het display 3 wordt de index van de persoonlijke instelling weergegeven, bijv.
.
– In het display 2 wordt de actuele instelwaarde van de persoonlijke instelling weer-
gegeven.
1
2
▸ Met de toets
persoonlijke instelling geselecteerd.
▸ Selecteer op slider 1 door aantippen een hogere of lagere waarde.
Invoer opslaan
▸ De toets
gedurende 2 seconden ingedrukt houden.
– Er weerklinkt een geluidssignaal.
– De bedrijfsmodus «Persoonlijke instellingen» wordt beëindigd.
Persoonlijke instellingen voortijdig uitschakelen
▸ De toets
indrukken.
– Gewijzigde instelwaarden worden niet opgeslagen.
– De bedrijfsmodus «Persoonlijke instellingen» wordt beëindigd.
6
Onderhoud
Reinig het toestel bij voorkeur pas in koude toestand.
Risico op verbranding!
Reinig het kookveld na elk gebruik, zo wordt het inbranden van voedselresten vermeden.
Ingedroogd c.q. ingebrand vuil is moeilijker te reinigen.
Door een onjuiste behandeling bij de reiniging kunnen het decor of het oppervlak be-
schadigd raken.
Reinig het glaskeramische oppervlak in geen geval met schurende reinigingsmid-
delen, krassende multifunctionele schuursponsjes, staalwol, etc. Het oppervlak kan
daardoor beschadigd raken.
▸ Gebruik uitsluitend een zachte doek of spons, water en een universeel handwasmid-
del voor het reinigen van alledaagse vervuilingen.
▸ Verwijder sterke vuilkorsten bijv. van overgekookte melk in warme toestand met een
reinigingsschaaf voor glaskeramiek. Neem daarbij de aanwijzingen van de fabrikant
van de reinigingsschaaf voor glaskeramiek in acht.
16
wordt de volgende hogere en met de toets
en
gelijktijdig gedurende 2 seconden
3
de volgende lagere