Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Voor De Ingebruikname; Instellen Van De Stroomvoorziening - Bresser MyTime Meteotime LCD Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

11 Grafische presentatie voor weersomstan-
digheden
13 Weekdag
15 Buiten symbool (wanneer de meetwaar-
den worden weergegeven)
17 Batterijniveau (draadloze sensor)
19 Stad naar het dichtstbijzijnde Meteotime-
meetstation
21 Alarm W (standaardinstelling is UIT)
23 Alarm P (standaardinstelling is UIT)
25 NACHT-symbool (weersomstandigheden
tijdens de nacht)
27 Slecht weer waarschuwing: Overstroming
29 Waarschuwingssymbool
31 Wekkersymbool W (weekdagen)
33 Alarmsymbool S (eenmalig)
35 Pre-alarm interval (15, 30, 45, 60 of 90 mi-
nuten voor het vooraf ingestelde alarm)

8 Voor de ingebruikname

INSTRUCTIE
Vermijd verstoringen van de verbinding
Om onderbrekingen in de connectiviteit tussen de apparaten te voorkomen, dient u de volgende pun-
ten in overweging te nemen voordat u de apparatuur in gebruik neemt.
1. Plaats het basisstation (ontvanger) en de draadloze sensor (zender) zo dicht mogelijk bij elkaar.
2. Stel de stroomvoorziening voor het basisstation in en wacht tot de binnentemperatuur wordt weer-
gegeven.
3. Stel de stroomvoorziening voor de draadloze sensor in.
4. Plaats het basisstation en de draadloze sensor binnen het effectieve zendbereik.
5. Zorg ervoor dat het basisstation en de draadloze sensor aan hetzelfde kanaal zijn toegewezen.
Vervang bij het vervangen van de batterijen altijd de batterijen in het hoofdtoestel en alle sensoren en
vervang ze in de juiste volgorde, zodat de verbinding op afstand kan worden hersteld. Als een van de
apparaten op netspanning staat, moet de stroomtoevoer ook voor dit apparaat bij het vervangen van
de accu's kortstondig worden onderbroken. Als slechts in één van de apparaten (de draadloze sensor)
batterijen worden vervangen, kan het signaal niet of niet correct worden ontvangen.
Opmerking: het effectieve bereik kan sterk worden beïnvloed door bouwmaterialen en de positie van
de hoofd- en remote units. Door externe invloeden (verschillende RC-apparaten en andere storings-
bronnen) kan de maximale afstand aanzienlijk worden gereduceerd. In dergelijke gevallen raden we
aan om het hoofdtoestel en de draadloze sensor op andere plaatsen te plaatsen. Soms is het enige
wat nodig is, is een verhuizing van een van deze onderdelen van een paar centimeter!
Hoewel de sensor weerbestendig is, moet deze uit de buurt van direct zonlicht, regen of sneeuw wor-
den geplaatst.

9 Instellen van de stroomvoorziening

Basisstation
12 Meteotimesymbool (de weergegevens
worden gestreamd)
14 Kalenderweek
16 Binnen symbool (wanneer de meetwaar-
den worden weergegeven)
18 AM/PM-informatie in de 12-uurs tijdmodus
20 Timer (aftellen tot het volgende alarm)
22 Alarm S (standaardinstelling is UIT)
24 DAG-symbool (weersomstandigheden ge-
durende de dag)
26 Slecht weer waarschuwing: Zware regen
28 Slecht weer waarschuwing: Dichte mist
30 Waarschuwingssymbool, knipperend
32 Instelling van de alarmtijd (uren, minuten)
34 Alarmsymbool PRE-AL (Vorstwaarschu-
wing)
9 / 16

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave