16 Alarm instellen
1. Druk meerdere malen op de ALARM-knop om de gewenste alarmfunctie te selecteren: dagelijks
alarm (W) of enkelvoudig alarm (S).
2. Nadat u een alarmfunctie hebt geselecteerd, houdt u de SET-toets ca. 5 seconden ingedrukt om
naar de instelmodus voor de alarmtijd te gaan.
3. De in te stellen waarde knippert.
4. Druk op de UP-knop of DOWN-knop om de waarde te wijzigen.
5. Druk op de SET-knop om te bevestigen en verder te gaan naar de volgende instelling.
6. Volgorde van de instellingen: Uren > Minuten
INSTRUCTIE! Voor het pre-alarm kunnen alleen de voorgedefinieerde intervallen worden ge-
kozen (15, 30, 45, 60 of 90 minuten).
7. Druk tenslotte op de SET-knop om de instellingen op te slaan, de instelmodus te verlaten en het
alarm te activeren. Het symbool voor het ingestelde alarm wordt weergegeven (W, S of PRE-AL).
8. Om het betreffende alarm uit te schakelen, drukt u op de down knop terwijl de alarmfunctie is ge-
selecteerd. OFF wordt weergegeven en het symbool voor het geselecteerde alarm (W, S of PRE-
AL) is niet meer zichtbaar.
9. Druk op de SET-toets om de deactivering van het alarm te bevestigen.
INSTRUCTIE! Het pre-alarm (PRE-AL) kan alleen worden geactiveerd in combinatie met het da-
gelijkse (W) of enkele alarm (S). Zodra het pre-alarm is geactiveerd, zal een alarm klinken op
een vooraf ingestelde tijd (15, 30, 45, 45, 60 of 90 minuten) voor de eigenlijke alarmtijd en wan-
neer de buitentemperatuur onder de 3 °C ligt.
17 Weersverwachting
1
2
3
Afb. 3: Grafische weergave
Grafieken tonen de displays overdag (links) en 's nachts (rechts).
1 Zonnig/helder 's nachts
3 Gedeeltelijk bewolkt
5 Stratuswolken
7 Buien
9 Zware regen
11 Hittestorm
13 Sneeuwbuien
15 Sneeuw
12 / 16
4
7
5
8
6
9
10
11
12
2 licht bewolkt
4 Bewolkt
6 FOG
8 Lichte regen
10 Frontale storm
12 Hagelbuien
14 Hagel
13
14
15