6 Inbedrijfname
7 Inspectie en onderhoud
• Maak de klant met de bediening van het toestel ver-
trouwd. Neem samen met de gebruiker de bedienings-
handleiding door en beantwoord eventueel zijn vragen.
• Geef de gebruiker alle voor hem/haar bestemde hand-
leidingen en toestelpapieren, zodat hij/zij ze kan bewa-
ren.
• Wijs de gebruiker erop dat u het toesteltype en de gas-
soort, waarmee het toestel gebruikt wordt, in de instal-
latiehandleiding in de tabel Gaswaarden in hoofdstuk
10 Technische gegevens vermeld hebt.
• Geef de gebruiker uitleg over de getroffen maatrege-
len voor de verbrandingsluchttoevoer en de verbran-
dingsgasafvoer en benadruk dat deze maatregelen
niet veranderd mogen worden.
• Wijs de gebruiker vooral op de veiligheidsinstructies
die hij in acht moet nemen.
• Wijs de gebruiker op de noodzaak van het regelmatig
controleren/onderhoud van de installatie. Raad hem/
haar aan om een inspectie-/onderhoudscontract af te
sluiten.
• Wijs de gebruiker erop dat de handleidingen in de
buurt van de Geyser moeten blijven.
• Wijs de gebruiker er nadrukkelijk op dat ruimtelijke
veranderingen enkel in samenspraak met een erkende
installateur uitgevoerd mogen worden.
6.5
Ombouw aan andere gassoort
Gevaarlijk!
Hoge koolmonoxideconcentraties door onjuiste
verbranding zijn levensgevaarlijk.
Het ombouwen van het toestel op een andere
gassoort mag u enkel uitvoeren met de af
fabriek geleverde ombouwsets.
Gevaarlijk!
Levensgevaar door uitstromend gas bij defecten
door ongeschikte inspuiters.
Het ombouwen van het toestel op een andere
gassoort mag u enkel uitvoeren met de af
fabriek geleverde ombouwsets.
Als de gassoort verandert, moet het toestel aan de
beschikbare gassoort aangepast worden. Hiervoor moe-
ten bepaalde delen van het gastoestel veranderd of ver-
vangen worden.
Deze wijzigingen en de daardoor vereiste nieuwe instel-
lingen mogen enkel door een erkende installateur en
volgens de op dit moment geldende nationale voor-
schriften uitgevoerd worden.
De aanpassing kunt u makkelijk uitvoeren als u de aan-
wijzingen in de handleidingen naleeft, die met de door
Vaillant ter beschikking gestelde gasombouwsets gele-
verd worden.
16
7
Inspectie en onderhoud
7.1
Voorbereiden van het onderhoud
Voor het onderhoud van het toestel moet u eerst in de
opgegeven volgorde het frontpaneel, de frontplaat van
de onderdrukkamer en de zijdelen demonteren, zie para-
graaf 4.6 Toestelmontage.
Leeg voor het uitvoeren van de hierna beschreven ser-
vicewerkzaamheden eerst het toestel, zie hoofdstuk 4.7
Vorstbeveiliging in de bedieningshandleiding en schakel
deze spanningsvrij.
Gevaarlijk!
Levensgevaar door elektrocutie!
Levensgevaar door delen die onder spanning
staan!
Schakel het toestel spanningsvrij!
Voor de reiniging van het toestel moet u in de opgege-
ven volgorde de volgende onderdelen demonteren: ven-
tilator, verbrandingsgasverzamelaar, warmtewisselaar en
brander. Monteer na het beëindigen van de onderhouds-
werkzaamheden alle delen opnieuw in de omgekeerde
volgorde.
Reinig altijd zowel de brander en de warmtewisselaar.
Aanwijzing!
Vervang altijd alle gedemonteerde pakkingen
door nieuwe pakkingen (afdichtingssets zie
hoofdstuk 7.7 Reserveonderdelen).
7.2
Ventilator uit- en inbouwen
Afb. 7.1 Demontage ventilator (afgebeeld type 11-2/0 en 14-2/0)
Installatiehandleiding turboMAG 11-2/0, 14-2/0 en 17-2/0