Download Print deze pagina

Honeywell IntelliSense Securit ST-805 Gebruikershandleiding pagina 2

Inbraakmeldcentrale

Advertenties

Securit ST-805 Inbraakmeldcentrale
Gebruikershandleiding
als een niet te overbruggen zone dan zal er een signaal
klinken ten teken dat er een fout is gemaakt.
Zones die niet overbrugd kunnen worden:
Brand
Paniekalarm
Sabotage
Zone 1 in volledige beveiligingsstand
Zone 8
4.0 Het systeem uitschakelen
U dient het beveiligde gebied binnen te gaan via de opgege-
ven toegangszone. Een constant signaal zal te horen zijn uit
de luidspreker en uit de andere panelen die zijn aangeslo-
ten. Ga direct naar het controlepaneel of extra bedieningspa-
neel, voer de gebruikercode in en het systeem wordt uitge-
schakeld. Als het geluid uit de speaker overgaat op snelle
opeenvolgende pieptonen dan heeft u nog minder dan 10
seconden om het systeem uit te zetten.
5.0 Fouten door sabotage
Het controlepaneel is uitgerust met een beveiliging tegen sa-
botage. Als het beveiligingscircuit tegen sabotage wordt on-
derbroken gedurende een periode waarin het alarmsysteem
niet is ingeschakeld, dan zal de interne sirene gaan en het
waarschuwingslichtje voor sabotage branden. Ga direct naar
het controlepaneel of dichtstbijzijnde bedieningspaneel en
voer uw gebruikercode in. Het geluidssignaal van het paneel
zal ophouden en omslaan in een lage, tweetonige klank.
Druk de # toets en het paneel zal gereset worden. Als het
waarschuwingslichtje voor sabotage blijft branden, is de oor-
zaak voor sabotage niet verdwenen. Vervolgens kunt u over-
gaan op het oplossen van de fout als uitgelegd in 15.0.
6.0 Het systeem uitschakelen na een alarm
6.0.1 Nadat het controlepaneel automatisch gereset is
Ga de beveiligde ruimte in via de vastgelegde toe-
gangszone. Een onderbroken signaal zal uit de speaker
komen. Ga direct naar het controlepaneel of
bedieningspaneel en voer de gebruikercode in. Het
systeem schakelt uit, de zones op het controlepaneel
zullen oplichten om aan te geven wat het alarm
veroorzaakt heeft. Zie alinea 14.0 over het resetten van
het controlepaneel.
Bij het eerste alarm gaat een waarschuwingslampje
branden.
Bij het daarop volgende alarm gaan meerdere lampjes
snel knipperen
Zones die overbrugd waren zullen als langzaam
knipperende lampjes zichtbaar zijn.
6.0.2 Terwijl het controlepaneel een alarm geeft
Ga meteen naar het controlepaneel of extra bedie-
ningspaneel en voer uw gebruikercode in. Het systeem
zal in de ruststand gaan. De zones op het con-
trolepaneel zullen oplichten en de oorzaak van het
alarm aanduiden. Zie alinea 14.0 over het resetten van
het controlepaneel.
De lampjes werken op dezelfde manier als beschreven
onder 6.0.1.
7.0 Paniekalarm
Als het systeem een knop voor paniek alarm bezit dan zal
deze verbonden zijn met het alarmsysteem als een rond de
klok voorziening. Dit betekent dat met de knop altijd het
alarm wordt aangezet. Als de knop wordt ingedrukt zullen
alle sirenes gaan en zal het zonelicht gaan branden zoals
voorgeprogrammeerd in verband met deze knop. Ga meteen
naar het paneel of een extra bedieningspaneel en voer uw
gebruikercode in. De sirenes zullen stoppen en overgaan op
een zacht, tweetonig geluid. Druk op de # toets en het pa-
neel wordt gereset. Als het zone licht blijft branden is de
oorzaak voor het paniek alarm nog aanwezig. Ga naar de
knop(pen) voor paniek alarm en voer de reset uit met de
speciale sleutel. Het zonelicht moet nu uit gaan. Als het licht
blijft knipperen dient u verder te gaan met het oplossen van
de fout (sectie 15.0).
OPMERKING: Als de centrale aanstaat en de paniekalarm-
knop wordt ingedrukt, moet u het systeem
weer uitzetten als beschreven in sectie 6
7.0.1 Paniek alarm met extra bedieningspaneel
Als de installateur ook een extra bedieningspaneel heeft
aangesloten dan kan de *&# toets worden geprogrammeerd
door de installateur als knop voor het paniekalarm. Indien dat
het geval is, dient u de *& # toets gelijktijdig in te drukken en
ingedrukt te houden om het alarm te laten gaan, zoals in 7.0.
Het enige verschil is, dat het lichtje voor sabotage zal
aangaan. Voer de gebruikercode in, de sirenes zullen
stoppen en overgaan op een zacht, tweetonig geluid. Druk de
# toets in en het paneel zal gereset worden.
8.0 Brand
Uw installateur heeft wellicht rookdetectors geïnstalleerd die
met het controlepaneel verbonden zijn. Zij werken ongeveer
hetzelfde als de knop voor het paniek alarm. Het verschil is
dat zij, als ze in werking treden wanneer het alarmsysteem
niet ingeschakeld is, de binnensirene een luid signaal geeft
en de buitensirene om de twee seconden een pulserend sig-
naal geeft. Zorg dat iedereen het pand verlaat. Zodra u ze-
ker bent dat het veilig is om terug te komen, kunt u naar het
controlepaneel of extra bedieningspaneel gaan en uw ge-
bruikercode intoetsen. De sirenes zullen ophouden te klinken
en overgaan op een zacht, tweetonig geluid. Druk de # toets
in en het controlepaneel wordt gereset.
GEBRUIKERFUNCTIES EN –OPTIES
9.0 Codes wijzigen
Misschien wilt u bij gelegenheid uw gebruikercode verande-
ren. Er zijn twee gebruikercodes mogelijk. Om u uw nieuwe
code te helpen herinneren kunt u hem het beste opschrijven
voordat u de code verandert. Als het gelukt is om de nieuwe
code te programmeren, dient u de nieuwe code uit het hoofd
te leren en het briefje met de code te vernietigen. Zorg er-
voor dat u geen voor de hand liggende codes gebruikt, zoals
het huidige jaartal. Als u gebruikercode 1 wilt wijzigen met
het controlepaneel of extra bedieningspaneel dan dient u uw
bestaande gebruikercode 1 in te voeren met het controle-
paneel of extra bedieningspaneel; toets 'daarna 9 en (1).
vier lampjes zullen aangaan. Voer de nieuwe viercijferige
code in. Voor elk geaccepteerd getal van de nieuw in-
gevoerde code zal er één lampje uitgaan. Zodra de nieuwe
Pagina 2

Advertenties

loading