Gebruikershandleiding
❏ Schakel de NFC-functie in op uw smart-apparaat.
Alleen Android 4.0 of hoger ondersteunt NFC (Near Field Communication).
De locatie en de functies van NFC variëren afhankelijk van het smart device. Zie de documentatie die u bij uw
smart device hebt gekregen voor meer informatie.
❏ Installeer Epson iPrint op uw smart device.
Raak met uw smart device de N-markering van de printer aan om de toepassing te installeren.
❏ Schakel op de printer Wi-Fi Direct in.
Raadpleeg de Beheerdershandleiding.
1. Laad papier in de printer.
2. Raak met uw smart device de N-markering van de printer aan.
Epson iPrint wordt gestart.
Opmerking:
❏ Mogelijk kan de printer niet met het smart device communiceren wanneer zich tussen de N-markering van de
printer en het smart device obstakels bevinden, zoals metalen voorwerpen.
❏ Deze functie kan door beheerders worden geblokkeerd. In dat geval maakt het smart device alleen een geluid, maar
worden er geen toepassingen gestart, zelfs niet wanneer u met het smart device de N-markering van de printer
aanraakt.
3. Open het bestand dat u wilt afdrukken in Epson iPrint.
4. Raak op het voorbeeldscherm met het pictogram Afdrukken met het smart device de N-markering van de
printer aan.
De afdruktaak wordt gestart.
Gerelateerde informatie
"Papier in de Papiercassette laden" op pagina 56
&
"Papier in de Papiertoevoer achter laden" op pagina 58
&
Afdrukken
99