Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Segmentatie - Summa S ONE Series Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor S ONE Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

S 0ne
4.4.5

Segmentatie

Gebruik het submenu Segmentatie om de interne segmentatie-functie van de snijplotter in of uit te
schakelen. Segmentatie wordt gebruikt voor verschillende toepassingen. De meest voorkomende zijn
FlexCut en lange jobs met of zonder de roll-up functie.
Segmentatie: Gebruik deze functie om de segmentatie te activeren of te desactiveren.
Druk Segmentatie, druk dan AAN of UIT, druk
Segmentgrootte: Gebruik het submenu Segmentgrootte om de grootte van het segment in te stellen.
Druk Segmentgrootte, en wijzig de grootte met de pijltjestoetsen of vul de waarde in.
Druk
ter bevestiging of
Segment hersnijden: Deze parameter bepaalt of het ontwerp meer dan eens op zichzelf en segment per
segment moet worden gesneden. Segment hersnijden wordt gebruikt voor dik materiaal en materiaal
dat moeilijk te snijden is. De waarde van deze parameter wordt genegeerd als de segmenten worden
gedeactiveerd. Als deze parameter is ingesteld op 0, zal de snijplotter elk segment slechts één keer
snijden. Als deze is ingesteld op 1, wordt elk segment twee keer gesneden.
Gebruik het submenu Segment hersnijden om het aantal keren in te stellen dat het opnieuw moet
worden gesneden.
Druk op het symbol Segment hersnijden, en stel het in op de gewenste waarde.
Druk
ter bevestiging of
Vectoren sorteren: Er zijn drie opties binnen dit menu.
1.
Uit: Als het sorteren van vectoren is uitgeschakeld, zal de snijplotter de vectoren niet optimaliseren.
Dit wordt gebruikt wanneer de intelligentie van de snijplotter driver de voorkeur heeft.
2.
Directioneel: Indien ingesteld op directioneel, zijn de vectoren geoptimaliseerd voor de snijrichting
(materiaalbeweging). Dit wordt gebruikt wanneer de snijdruk relatief hoog moet worden ingesteld
(bijvoorbeeld bij het doorsnijden).
3.
Startpunt: Deze optie optimaliseert het startpunt voor gesloten curven. Dit wordt gebruikt wanneer
de gebruiker merkt dat de curven niet sluiten zoals zou moeten.
Druk op de toets Vectoren sorteren, en stel het in op de gewenste waarde.
Druk
ter bevestiging of
Vectoren sorteren staat standaard ingesteld op Uit.
Basis bediening
ter bevestiging of
ter annulatie.
ter annulatie
ter annulatie.
Gebruikershandleiding
ter annulatie.
4-5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

S1d60S1d75S1d120S1d140S1d160

Inhoudsopgave