Inhoudsopgave
Advertenties
5.1
Poortdefinities
Voor de definities van de communicatiepoorten op de apparaten zoals het EMI, de vermogensmeter
en de box-type transformator, zie de documenten die met de apparaten zijn meegeleverd. Bij het
aansluiten van de kabels moet u ervoor zorgen dat RS485+ is aangesloten op de COM+-poort op
de SmartLogger en dat RS485- is aangesloten op de COM-poort op de SmartLogger.
OPMERKING
Voor het gemak worden in dit document alleen de poorten beschreven die moeten worden aangesloten.
COM-poort (SmartLogger)
Nr.
1
COM1
2
COM2
3
COM3
4
COM4
5
COM5
6
COM6
OPMERKING
Klemmenblok van de types 1 en 2 bevinden zich in verschillende modellen van SUN2000s.
De RJ45-netwerkpoort zit in alle modellen van SUN2000s.
Klemmenblok type 1 (SUN2000)
Poort
Symbool
+
–
+
–
+
–
+
–
+
–
+
–
RS485A, RS485 differentieel signaal+
RS485B, RS485 differentieelsignaal–
RS485A, RS485 differentieel signaal+
RS485B, RS485 differentieelsignaal–
RS485A, RS485 differentieel signaal+
RS485B, RS485 differentieelsignaal–
RS485A, RS485 differentieel signaal+
RS485B, RS485 differentieelsignaal–
RS485A, RS485 differentieel signaal+
RS485B, RS485 differentieelsignaal–
RS485A, RS485 differentieel signaal+
RS485B, RS485 differentieelsignaal–
Nr.
Poortdefinitie
1
RS485A IN
2
RS485A OUT
3
RS485B IN
4
RS485B OUT
17
Functie
Functie
RS485A, RS485
differentieel signaal+
RS485A, RS485
differentieel signaal+
RS485B, RS485
differentieel signaal-
RS485B, RS485
differentieel signaal-
Advertenties
Inhoudsopgave
