C - INSTALLATIE
4.6. De bedieningsorganen (optioneel)
Opmerking: Deze bedieningsorganen moeten droge contacten zijn die normaal geopende zijn (type
drukknop).
M1
drukknop
intercomuitgang,
sleutelschakelaar
Het is mogelijk om meerdere bekabelde bedieningsorganen te gebruiken op dezelfde ingang. Hiervoor
moeten ze parallel worden geschakeld:
4.7. De noodstoporganen (optioneel)
De ingang voor de noodstoporganen is van het type droog contact en normaal gesloten. In het geval
waarin geen enkel noodstoporgaan is geïnstalleerd, is het belangrijk om de overbrugging die het contact
tussen STOP en GND sluit, te behouden.
Voorbeelden van noodstoporganen:
• Noodstop
• Veiligheidsstrip
• Fotocellen voor de bescherming van de secundaire contactlijst van de poort
32
NL
Poortbediening
M1
drukknop
intercomuitgang,
Sleutelschakelaar 1
drukknop
m
c o
n .
s o
m
o
h
y t
m
w .
w
w
intercomuitgang,
Sleutelschakelaar 2
MOTORISERING VOOR EEN SCHUIFPOORT - CONNECT
Bediening voetganger
M1
drukknop
intercomuitgang,
sleutelschakelaar
M1