Montage
6
Voorwaarden:
Het apparaat mag niet binnen de
patiëntomgeving (straal 1,5 m) worden
opgesteld of gebruikt.
Het apparaat kan ofwel op de verdieping van de
praktijk of op een lagere verdieping (bijv. in de
kelder) worden geïnstalleerd.
Omwille van de geluidsemissie wordt het
aanbevolen om het apparaat in een bijruimte te
installeren.
De leidingen ter plaatse moeten ten minste
voldoen aan de nationale eisen voor drinkwater.
Meer informatie vindt u in de apart
verkrijgbare informatiebrochure in verband
met perslucht.
6.1
Opstellingsruimte
De ruimte waarin het apparaat wordt geplaatst,
moet aan de volgende voorwaarden voldoen:
– Gesloten, droge, goed verluchte ruimte
– Geen voor andere doeleinden gebruikte ruimte
zoals verwarmings- of natte ruimte
– Bij plaatsing in een machinekamer bijv. een
bijgebouw of kelder, moet ISO‑TS 22595
worden nageleefd.
ACHTUNG
Oververhittingsgevaar door
onvoldoende verluchting
Het apparaat genereert warmte. Schade
door oververhitting en/of kortere
levensduur van het apparaat mogelijk.
Dek het apparaat niet af.
❯
Treden er tijdens het gebruik van het
❯
apparaat omgevingstemperaturen op
van ³40 °C, dan moet een ventilator
worden geïnstalleerd voor extra
verluchting van de ruimte.
9000-610-72/30 1907V007
≥ 40 °C
6.2
Opstelling
Bij de installatie moeten de volgende
voorwaarden worden nageleefd:
De lucht wordt bij het aanzuigen gefilterd.
De luchtsamenstelling wordt daarbij niet
veranderd. Houd de aangezogen lucht
daarom vrij van schadelijke stoffen (zuig
bijv. geen uitlaatgassen of verontreinigde
afzuiglucht aan).
– Schone, egale en voldoende stabiele
ondergrond (let op het gewicht van het
apparaat).
– Typeplaatje gemakkelijk leesbaar.
– Apparaat gemakkelijk toegankelijk voor
bediening en onderhoud.
– Contactdoos waarop het apparaat is
aangesloten, is goed toegankelijk.
– Houd een voldoende afstand tot de wand
(min. 20 cm).
– Persluchtbuis zo dicht mogelijk in de buurt van
de installatieplaats geplaatst (let op de lengte
van de meegeleverde slang).
6.3
Informatie over de elektrische
aansluiting
Voer de elektrische aansluiting op het
❯
elektriciteitsnet uit volgens de geldende
nationale voorschriften en normen voor
elektrische laagspanningsinstallaties in
medische ruimten.
Neem het stroomverbruik van de aan te sluiten
❯
apparaten in acht.
Montage
NL
15