MULTICAL® 603
3.5 Installaties met twee ULTRAFLOW® volumedelen
Voor bepaalde toepassingen kan MULTICAL®
worden voorzien van twee ULTRAFLOW®
volumedelen (in open systemen en bij
lekdetectie). Als stelregel geldt dat, wanneer
twee ULTRAFLOW® volumedelen worden
aangesloten op één MULTICAL® rekenwerk, er
tussen de leidingen waarin de volumedelen
worden gemonteerd, een gesloten
elektrisch geleidende verbinding dient te
worden gemaakt. Als deze twee leidingen
worden gescheiden door middel van een
warmtewisselaar die zich in de nabijheid van
de volumedelen bevindt, zorgt in dit geval
de warmtewisselaar voor de noodzakelijke
elektrisch geleidende verbinding.
• Aanvoer- en retourleiding zijn elektrisch verbonden.
• Aan onderdelen van de installatie die elektrisch zijn verbonden met de volumedelen, mag niet
gesoldeerd worden.
Bij installaties waar geen elektrisch geleidende
verbinding gerealiseerd kan worden, of
installaties waar nog laswerkzaamheden*
moeten worden uitgevoerd, moet de
signaalkabel van één van beide ULTRAFLOW®'s
door middel van een Pulse Transmitter met
galvanische scheiding op MULTICAL® worden
*
Laswerkzaamheden (elektrisch) moeten altijd
worden uitgevoerd met de aardklem zo dicht
mogelijk bij de aan te brengen lasverbinding.
Schade aan meters veroorzaakt door
laswerkzaamheden wordt van fabrieksgarantie
uitgesloten.
10
ULTRAFLOW®
ULTRAFLOW®
Elektrische aansluiting
ULTRAFLOW®
ULTRAFLOW®
Kamstrup A/S • 55122089_A2_NL_11.2017
MULTICAL®
MULTICAL®
Pulse Transmitter