Inhoudsopgave
Advertenties
3.1
Functie
3.2
Werkwijzen
Minimelder, Minimelder-R, Maximelder-R
Afbeelding 2: Controle-eenheid
Na het inschakelen van de netspanning signaleert het groene
bedrijfslampje gebruiksgereedheid. Als er geen alarm voorhanden is,
kan een alarm worden gesimuleerd door het indrukken van de
testtoets op de controle-eenheid. In geval van een alarm kan het
akoestische signaal door het indrukken van de bevestigingstoets
worden geschakeld. Het rode alarmlampje blijft aan gedurende de
alarmmelding.
Minimelder
Als de sonde van de Minimelder niet is ingedompeld in de vloeistof,
gaan het alarmsignaal en het rode alarmlampje aan. Het alarm-
signaal en het rode alarmlampje gaan uit in ingedompelde toestand.
De Minimelder-R is uitgerust met een uitgangsrelais dat in geval van
een alarm sluit. De Minimelder wordt zonder relais geleverd.
Maximelder
Als de sonde van de Maximelder is ingedompeld in de vloeistof,
gaan het alarmsignaal en het rode alarmlampje aan. Gelijktijdig sluit
het potentiaalvrije relaiscontact. Het alarmsignaal en het rode
alarmlampje gaan uit in boven water staande toestand en het
relaiscontact wordt geopend.
De Maximelder is enkel beschikbaar in de variante met relais.
De Minimelder-R en de Maximelder-R zijn uitgerust met een
uitgangsrelais voor het doorsturen van het alarmsignaal aan de
bijkomende toestellen. In het geval van een alarm is het relais
aangespannen (contact gesloten).
a
Groen
bedrijfslampje
b
Testtoets
c
Rood
alarmlampje
d
Bevestigingstoets
e
Zonder functie
7
Advertenties
Inhoudsopgave
