Inhoudsopgave
Advertenties
Luchtreiniging
De ventilator leidt de lucht door het geplaatste HEPA-filter. Het
HEPA-filter filtert deeltjes vanaf een grootte van 20 nanometer
uit de lucht en verwijderd zo stof- en rookdeeltjes, bacteriën,
allergenen en een deel van de virussen. Hierdoor wordt
gedurende 8 uur frisse ruimtelucht gewaarborgd.
Is de luchtreinigingsfunctie geactiveerd, gaat ook de ventilator
werken, zodat de lucht wordt gereinigd door het HEPA-filter. Zo
wordt schone lucht in de ruimte geblazen.
Om een gelijkblijvend goede filterwerking te kunnen bereiken,
moet het HEPA-filter op z'n laatst na een jaar worden vervangen
en indien nodig eerder.
ü Het HEPA-filter is geïnstalleerd.
ü Het rooster-vakje in de indicatie Filter (21) is vol en toont
OK.
1. Druk op de toets MODE (23), tot op het display de indicatie
Luchtreiniging (17) verschijnt.
2. Druk op de toets HUMIDITY (34), om de gewenste
ventilatorsnelheid laag of hoog te kiezen.
Info
Bij geïnstalleerd HEPA-filter wordt de luchtreiniging
uitgevoerd naast de ontvochtiging in de bedrijfsmodi
Automatisch bedrijf, Sterke ontvochtiging en
Wasdroogfunctie. De indicatie Luchtreiniging (17)
knippert regelmatig, om de gelijktijdige luchtreiniging
aan te geven.
Ventilatie
U kunt in de bedrijfsmodus Ventilatie kiezen uit een lage en een
hoge ventilatorsnelheid.
Info
Verwijder voor het instellen van deze bedrijfsmodus het
HEPA-filter uit het apparaat (zie HEPA-filter vervangen).
Het HEPA-filter is voor deze bedrijfsmodus niet
noodzakelijk en de levensduur van het HEPA-filter kan
zo worden verlengd.
Verwijdert u het HEPA-filter niet, knippert de indicatie
Filter (21).
1. Druk op de toets MODE (23), tot op het display de indicatie
voor de Ventilatie (19) verschijnt.
2. Druk op de toets HUMIDITY (34), om de gewenste
ventilatorsnelheid laag of hoog te kiezen.
Nachtmodus
De nachtmodus kan in alle bedrijfsmodi worden ingeschakeld.
Bij het omschakelen van de bedrijfsmodus blijft de nachtmodus
actief.
In de nachtmodus draait het apparaat met lage
ventilatorsnelheid.
1. Druk op de toets SLEEP (24) voor het in- of uitschakelen
van de nachtmodus.
NL
Zelfreinigings-functie / inwendige droging
Deze functie dient voor een inwendige droging van het
apparaat, zodat in het apparaat geen schimmel etc. ontstaat
door restvocht.
De zelfreinigings-functie moet worden gebruikt als het apparaat
gedurende lange tijd buiten bedrijf worden gesteld of wordt
opgeslagen.
De zelfreiniging duurt ca. 1 uur. Eerst wordt ca. 30 minuten het
inwendige van het apparaat ontvochtigd met hoge
ventilatorsnelheid. Daarna volgt ca. 10 minuten nog een
inwendige ontvochtiging, waarbij de lucht onder een grote hoek
wordt uitgeblazen. Aansluitend wordt het inwendige van het
apparaat opnieuw 15 minuten met hoge ventilatorsnelheid
ontvochtigd.
1. Druk ca. 2 seconden op de toets DRYING (27).
2. Om de functie weer uit te schakelen, opnieuw
ca. 2 seconden op de toets DRYING (27) drukken. Het
apparaat schakelt weer naar de voorgaande modus. Via de
toets POWER (22) wordt de zelfreinigings-functie gestopt
en gaat het apparaat naar de standby-modus.
Ionisatie
Via deze functie wordt de ruimtelucht niet alleen via het
HEPA-filter gereinigd, maar ook nog via ionen. Via de afgegeven
ionen worden pollen, stof, virussen en bacteriën uit de
ruimtelucht verwijderd.
1. Druk op de toets IONIZER (29), om de ionisatie te starten.
ð De indicatie Ionisation (30) verschijnt op het display.
Info
Deze functie is alleen mogelijk met geïnstalleerd
HEPA-filter.
luchtontvochtiger TTK 110 HEPA
9
Advertenties
Inhoudsopgave
