68
•
Als u normaal scrollen wilt hervatten, drukt u op de toets Cursor/
Waypoint om de cursor van het beeld te verwijderen.
StructureScan gegevens opnemen
U kunt StructureScan-gegevens opnemen en het bestand intern
opslaan in de unit of op een geheugenkaart, zoals beschreven in
"Opname van sonargegevens starten" op pagina 61.
Het StructureScan beeld instellen
Standaard is de unit ingesteld op de Auto modus en zijn de meeste
instellingen automatisch ingesteld. Aanbevolen wordt dat alleen
ervaren sonargebruikers de functie Instellingen aanpassen
gebruiken om het beeld verder aan te passen. Selecteer Auto in het
menu en wijzig dit in Aangepaste modus om beeldinstellingen aan
te passen. Zie "Aangepaste opties" op pagina 68
Voor Auto modus en Aangepaste modus zijn meer opties
beschikbaar. Zie "Meer opties" op pagina 70.
Als de cursor actief is, worden sommige opties in het menu
vervangen door functies in de cursormodus. Druk op de toets
Cursor/Waypoint om de cursor van het beeld en cursormenuopties
te verwijderen.
Aangepaste opties
Bereik
De bereikinstelling bepaalt de waterdiepte en het SideScan-bereik
dat zichtbaar is op het scherm.
Auto-bereik
Wanneer het bereik is ingesteld op Auto, stelt het systeem het
bereik automatisch in afhankelijk van de waterdiepte.
Vooraf ingestelde bereikniveaus
U kunt kiezen tussen verschillende vooraf ingestelde bereikniveaus.
StructureScan frequenties
StructureScan ondersteunt twee frequenties. 455 kHz geeft in de
meeste situaties een ideaal bereik en beeldkwaliteit, terwijl 800 kHz
wordt gebruikt voor meer details in ondiep water.
StructureScan
| Hook² Series Gebruikershandleiding