7.6 Meetvoortgang
•
Elke zone van het testobject moet 5 maal gemeten worden. De resultaten dienen niet
meer dan ±15 HL af te wijken van de gemiddelde waarde.
•
In de volgende tabel ziet u waar u op moet letten bij het uitvoeren van een meetreeks:
Afstand tussen twee verschillende meetpunten
3 mm
•
Aan het einde van de meting kunnen de meetresultaten op het display worden
afgelezen. De hardheidswaarde is de gemiddelde waarde van vijf metingen op
verschillende meetpunten.
•
Om het apparaat uit te schakelen drukt u op de ON/Off toets.
7.7 Weergave van de meetresultaten
•
De hardheidswaarde wordt weergegeven in een bepaalde eenheid. Bijvoorbeeld: wordt
er een waarde van 700, met een terugkaats-meetapparaat volgens het Leeb principe en
een indenter type D, gemeten dan wordt de waarde weergegeven als 700HLD. Hierbij
staat "HL" voor Hardheid Leeb en "D" voor de type D indenter.
•
Bij een omrekening van de HLD-waarde naar een andere hardheidsschaal wordt dit
weergegeven op het display, bijv. 400HVHLD betekent: een hardheidswaarde van 400HV
(Hardheid Vickers), getest met de HLD methode (Hardheid Leeb met indenter type D).
GEBRUIKSAANWIJZING
Hardheidsmeter PCE-2500N/PCE-2600N
• Houd het meetapparaat met de steunring op het te meten oppervlak.
Terwijl u de linkerhand de behuizing vasthoudt, pakt u met de
rechterhand de spanhuls, tussen duim en wijsvinger. Druk nu op de
trigger, bovenop het handvat. De meting wordt nu uitgevoerd.
• Na de meting toont het display het meetresultaat. Wanneer u een
meetreeks uitvoert, bestaande uit meerdere metingen, wordt onderin
het display de vorige meetwaarde uit de reeks weergegeven.
Let op: houd er rekening mee dat het correct vasthouden van het apparaat
invloed heeft op het meetresultaat. Het apparaat moet loodrecht en stevig
op het oppervlak van het materiaal staan. Een kleine ruimte tussen de
steunring en het materiaaloppervlak kan de resultaten reeds vervalsen.
≥
Afstand tussen het midden van een meetpunt en
de kant van meetobject
12
≥
5 mm