Gebruiksaanwijzing
Spraytronic II
3.
Bediening
Tijdens normaal bedrijf wordt in het linker display de cabinetemperatuur weergegeven en in het rechter
display de cabinedruk.
In de uit-stand wordt alleen de cabinetemperatuur weergegeven.
Overzicht van instellingen welke via de normale bediening kunnen worden gewijzigd:
3.1
Regelaar in- en uitschakelen
Met de AAN/UIT-toets (
De led boven de toets brandt als de regelaar aan is.
Na inschakelen start de regeling in de recirculatiestand.
3.2
Verlichting in- en uitschakelen
Met de 3 verlichting-toetsen (
in- en uitgeschakeld.
De led boven een toets brandt als de betreffende verlichtingsgroep is ingeschakeld.
3.3
Handmatig starten en stoppen van de spuitstand
Met de SPUITEN-toets (
De led bij de toets brandt als de spuitstand handmatig gestart is.
Na het handmatig starten van de spuitstand schakelt de regeling via de pauzestand naar de
spuitstand.
Na het handmatig stoppen van de spuitstand schakelt de regeling via de pauzestand naar de
recirculatiestand.
Als bij het starten van QDS of drogen de regeling handmatig in de spuitstand staat, dan wordt dit
onthouden en keert de regeling na QDS of drogen weer in de spuitstand terug.
3.4
Starten en stoppen van de QDS-stand
Met de QDS-toets (
De led bij de toets brandt als de QDS-stand actief is.
3.5
Starten en stoppen van de droogstand
Met de DROGEN-toets (
De led bij de toets brandt als de droogstand actief is.
Document nr. : 120041
Klant : Algemeen
) kan de regelaar in- of uitgeschakeld worden.
) kunnen de 3 verlichtingsgroepen afzonderlijk worden
) kan de spuitstand handmatig worden gestart of gestopt.
) kan de QDS-stand worden gestart en gestopt.
) kan de droogstand worden gestart en gestopt.
Versie :
V1.1
Pagina :
14 van 23