MEETPROCEDURE met alleen onder of boven aansluiting:
1) Bepaal de meetpunten, B en T voor de Toevoer
2) Controleer de buiten temperatuur. Als deze onder de
0°C is moet tijdelijk op T4 een losse sensor worden
aangesloten welke in de opstellingsruimte meet.
3) Sluit de bypass klep en stel bypass en beveiliging
kleppen buiten werking.
4) Meet drukverschil over de meetpunten.
5) Meet de volumestroom over de Toevoer of Afvoer
ventiellen. Totaal volume is de som van alle toevoer
of afvoer ventiellen
6) Herstel de werking van het toestel en reset het
toestel middels P72 (zie hoofdstuk 8)
MEETPROCEDURE met onder en boven aansluiting:
1) idem 1), 2), 3) en 4) hierboven,
2) Meet zowel de onder als de bovenaansluiting.
De kanaal weerstand is de grootste van de twee
metingen
3) idem 5) en 6) hierboven
Figuur 11.6 Capaciteitscurve voor de Toevoer en de Afvoer van de HR OptiFor 350
28
A en R voor de Afvoer
A = Afvoer naar buiten
B = Toevoer van buiten
T = Toevoer naar woning
R = Retour van woning
Meetpunt voor drukmeting:
Meet zo dicht mogelijk aan het
toestel, maar met minimaal 0,5 meter
rechte leiding tussen toestel en
meetpunt.
Meet aan de wand of met een
statische drukmeetbuis (zoals hier
weergegeven). De top van de
meetbuis moet in de stromingsrichting
wijzen
Figuur 11.5 Positionering van en eisen aan de meetpunten.
Toestel