b) Diodes
De tester kan vrijwel iedere soort diode analyseren. Elk paar van
de drie testpennen kunnen willekeurig met de diode worden ver-
bonden. Wanneer het apparaat een afzonderlijke diode herkent,
verschijnt het volgende bericht:
• Door op de OFF/page toets te druk-
ken, wordt de pinbezetting van de
diode weergegeven. In het voorbeeld
is de anode van de diode verbonden
met de rode testpen en de kathode is
verbonden met de groene testpen.
Bovendien is de blauwe testpen niet
aangesloten. Dan wordt de doorlaat-
spanning getoond, dit zorgt voor een
weergave van de diodetechnologie.
In dit voorbeeld is het waarschijnlijk
dat de diode een silicium-diode is.
Een gemanium of Schottky-diode
heeft een doorlaatspanning van ca.
0,25 V. De stroom waarmee de de
diode werd getest, wordt ook weer-
gegeven.
• De tester constateert dat de diode/diodes, die wordt/worden ge-
test, een led is/zijn als de gemeten doorlaatspanningsval 1,50 V
overschrijdt. Let op de overige informatie in het hoofdstuk over
de led-analyse.
13