Fout
Storingen en veiligheidsvoorzieningen
code
Ed
Fout van de water instroom temperatuur sensor
(Tw_in)
EE
Eprom fout van de hydrolische besturings print
H0
Communicatiefout tussen de hoofd printplaat en
de hydrolische besturings-printplaat
H1
Communicatiefout tussen inverter print A en
hoofdprint B
H2
Fout van de platenwisselaar koelmiddel inlaat
(vloeistof leiding) temperatuursensor (T2)
H3
Fout van de platenwisselaar koelmiddel uitlaat
(gasleiding) temperatuursensor (T2B)
H4
Fout P6 is driemaal opgetreden
H5
Fout van de binnentemperatuursensor (Ta)
H6
Storing van de gelijkstroom-ventilator
H7
Net voedingsspanning te hoog of te laag
H8
Storing van de druksensor Pe
H9
Fout in temperatuursensor (T1B), is de temper-
atuur van het uitstromende water van een gasket-
el of andere extra water verwarmer.
HA
Fout in temperatuursensor (Twout), de temper-
atuur van het water dat uit de platenwisselaar
stroomt.
HE
Gedurende 10 minuten is in verwarmingsmode
de afvoertemperatuuur van het koelmiddel uit de
condenser te hoog.
HF
Eeprom fout van hoofprint B
HH
Fout H6 komt 10 keer voor binnen 2 uur.
mei 2018
Foutoorzaak en corrigerende maatregel
1.
De Tw_in -sensoraansluiting zit los. Maak deze weer goed vast.
2.
De Tw_in-sensoraansluiting is nat of er zit water in. Verwijder het
water, droog de aansluiting. Voeg waterdichte tape toe.
3.
De Tp-sensor is defect, vervang deze door een nieuwe sensor.
1.
geen kabelverbinding tussen de twee printen, sluit de kabel aan.
2.
Communicatie-kabelsequentie is niet correct. Sluit de bedrading
opnieuw aan in de goede volgorde.
3.
Bij een sterk magnetisch veld of hoge elektrische interferentie, zoals
liften, grote stroomtransformatoren, enz... Voeg een barrière toe om
de eenheid te beschermen of verplaats de eenheid naar een andere
locatie.
1.
Controleer of de printplaten zijn aangesloten op de stroomvoorzien-
ing. Controleer of het LED-licht van de PCB B aan of uit is. Als de
LED uit is, sluit dan de stroomkabel opnieuw aan.
2.
Als de LED aan is, controleer dan de kabel tussen de hoofdprintplaat
en PCB B, als de kabel los is of een breuk heeft, sluit dan de kabel
opnieuw aan of vervang deze door een nieuwe kabel.
3.
Vervang dan de hoofdprintplaat of PCB B.
1.
De T2-sensoraansluiting zit los. Maak deze weer goed vast.
2.
De T2-sensoraansluiting is nat of er zit water in. Verwijder het water,
droog de aansluiting. Voeg waterdichte tape toe.
3.
De T2-sensor is defect, vervang deze door een nieuwe sensor.
1.
De T2B-sensoraansluiting zit los. Maak deze weer goed vast.
2.
De T2B-sensoraansluiting is nat of er zit water in. Verwijder het
water, droog de aansluiting. Voeg waterdichte tape toe.
3.
Storing van de T2B-sensor, vervang deze door een nieuwe sensor.
Zelfde als P6
1.
De Ta-sensor zit in de afstandsbediening;
2.
De Ta-sensor is defect, vervang deze door een nieuwe sensor of
vervang de interface.
1.
Controleer of er geen sterke wind blaast tegen de luchtafvoer van de
ventilator, waardoor deze in tegengestelde richting draait. Installeer
de afvoer op een ander plek of installeer een windbarrière om dit te
voorkomen.
2.
De ventilatormotor is kapot, vervang deze door een nieuwe motor.
1.
Controleer of de toevoerspanning binnen de minimale en maximale
waarden ligt.
2.
Zet het apparaat enkele keren achter elkaar aan en weer uit. Laat
het apparaat 3 minuten uit staan en start hem daarna weer op.
3.
De spanningsbewaking op de hoofdprintplaat is defect. Vervang dan
de hoofdprintplaat.
1.
De druksensoraansluiting zit los, maak deze weer goed vast.
2.
De druksensor is defect, vervang deze door een nieuwe sensor.
1.
De T1B-sensoraansluiting zit los. Maak deze weer goed vast.
2.
De T1B-sensoraansluiting is nat of er zit water in. Verwijder het
water, droog de aansluiting. Voeg waterdichte tape toe.
3.
De T1B-sensor is defect, vervang deze door een nieuwe sensor.
1.
De Twout-sensoraansluiting zit los. Maak deze weer goed vast.
2.
De Twout-sensoraansluiting is nat of er zit water in. Verwijder het
water, droog de aansluiting. Voeg waterdichte tape toe.
3.
De sensor is defect, vervang deze door een nieuwe sensor.
1.
De buitenluchttemperatuur is te hoog (hoger dan 30°C. Gebruik het
apparaat niet in verwarmingsmodus als de buitenluchttemperatuur
hoger is dan 30°C.
1.
Foutieve parameter van de EEprom, schrijf de EEprom-gegevens
opnieuw.
2.
De chip van de EEprom is kapot, vervang deze met een nieuwe
chip.
3.
De hoofdprintplaat is kapot, vervang deze door een nieuwe.
Zie H6
Gebruikershandleiding RVL-I Plus
27