5.3
Elektrische installatie
De elektrische installatie mag alleen door een elektromon-
teur worden uitgevoerd.
Gevaar!
Levensgevaar door elektrische schok!
Op de netaansluitklemmen LL en NN is conti-
nuspanning voorhanden:
▶
Schakel de stroomtoevoer uit.
▶
Beveilig de stroomtoevoer tegen opnieuw
inschakelen.
5.3.1
Schakelkast openen
1.
Demonteer de voormantel. (→ Pagina 9)
C
A
2
1
2.
Klap de schakelkast (1) naar voren.
3.
Maak de vier clips (3) links en rechts uit de houders los.
5.3.2
Verloop van de kabels
▶
Leg de 24-V-kabel en de eBUS-kabel volgens de afbeel-
ding.
0020223273_04 GeniaSet Installatie- en onderhoudshandleiding
3
B
A
24V / eBUS
5.3.3
Kabelgebonden systeemregelaar installeren
1.
Sluit de eBUS-kabel van de systeemregelaar op de
eBUS-stekker van de schakelkast (→ Pagina 25) aan.
2.
Raadpleeg voor aanwijzingen over de montage de
handleiding van de systeemregelaar.
5.3.4
Draadloze systeemregelaar installeren
1.
Breng de draadloze basis aan de schakelkast aan.
2.
Monteer en installeer de systeemregelaar.
3.
Raadpleeg voor de koppeling van draadloze basis en
systeemregelaar de handleiding van de systeemrege-
laar.
5.3.5
Bekabelen
Opgelet!
Gevaar voor brand door oververhitting!
Leidingen van de huisinstallatie zijn in de
regel niet voldoende temperatuurbestendig
en daarom niet voor de installatie geschikt.
▶
Gebruik de al aangesloten 400 V-kabel of
de meegeleverde 230 V-kabel.
Gevaar!
Levensgevaar door elektrische schok bij
ondeskundige elektrische aansluiting!
Een ondeskundige elektrische installatie
kan het veilige gebruik van het product be-
ïnvloeden en tot lichamelijk letsel en materi-
ële schade leiden.
▶
Voer de elektrische installatie alleen uit
als u een opgeleide installateur bent en
voor dit werk gekwalificeerd bent.
▶
Houdt u zich hierbij aan alle desbetref-
fende wetten, normen en richtlijnen.
1.
Sluit de kabel van de buitenvoeler aan (zie handleiding
van de systeemregelaar).
2.
Sluit de eBUS-kabel op de warmtepomp aan op de
daarvoor bestemde stekker.
3.
Leid de aansluitkabels van de aan te sluiten componen-
ten door de kabelgoten en de pakkingbussen in de ach-
terwand van het product.
Installatie 5
11