Verloop van het buigproces:
Knop buigen ingedrukt houden.
De rail wordt voorgebogen.
De computer stopt de machine even en meet het terugveren van de rail.
Daarna wordt nog een maal of meerdere malen nagebogen tot de ingestelde waarde exact
bereik is
Als de machine stopt kunt u de buigknop loslaten
Nabuigen
Als een gebogen rail nog verder gebogen moet worden kunt u dit met de knop
Voorbeeld:
10.2 Terugloop begrenzing (Funktie F6)
De terugloopbegrenzing is alleen bij Funktie F1 „Buigen en Nabuigen" aktief.
Als deze funktie is ingesteld loopt de cylinder de niet meer helemaal terug maar kan dichter bij
het werkstuk blijven staan zodat tijd gespaard wordt bij de volgende buiging Bij een 10 mm dikke
rail kan de terugloop beperkt worden tot bijvoorbeeld ca. 20 mm. Bij een dunnere rail
Eerst moet de terugloopafstand ingesteld worden en dan wordt er gebogen.
De terugloopwaarde blijft ingesteld totdat de spanning onderbroken wordt. Voor het uitschakelen
van de terugloop moet de waarde op nul gezet worden.
Wanneer u de Funktie F1 verlaat gaat de cylinder terug naar de uitgangspositie
Volgorde:
Knop
en dan
Op de display verschijnt:
F6 Ruecklauf in F1
Ruecklauf
Terugloop ingeven, bijvoorbeeld: 20 mm, en met
Knop
indrukken.
- 11 Graden verder de buigen
- Rail is 30 Graden gebogen
- Dan ingeven:41 Graden
indrukken.
0.0mm
doen.
bevestigen