Systeemintegratie
8
Systeemintegratie
8.1
Integratie van het monstername-apparaat in het systeem
8.1.1
Webserver
Aansluiten van de webserver
‣
Sluit de communicatiekabel van de computer aan op de Ethernet-poort van de SYS-
basismodule in de besturingsbehuizing.
Maak de dataverbinding
U heeft een activeringscode nodig voor de webserver.
Om te waarborgen dat uw instrument een geldig IP-adres heeft, moet u de DHCP-parameter
in de Ethernet-instellingen uitschakelen.
‣
Schakel DHCP uit in het menu Systeem/Webserver/Ethernet settings.
Het IP-adres kan handmatig worden toegekend in hetzelfde menu (voor point-to-point
verbindingen).
Instellen van het IP-adres onder Microsoft Windows 10
Het IP-adres en het subnetmasker van het instrument kunnen worden bekeken in het menu
Diagnose/Systeeminformatie/Ethernet
1.
Start de PC.
2.
Configureer eerst een handmatig IP-adres in de verbindingsinstellingen van het netwerk
van het besturingssysteem.
3.
Open net werk en internet.
Naast uw standaard netwerk, moet ook een extra Ethernet-verbinding te zien zijn
(bijv. als "Unidentified network" ).
4.
Kies de link naar deze Ethernet-verbinding.
5.
Kies in het pop-up venster de knop "Properties".
6.
Dubbelklik op "Internet Protocol Version 4 (TCP/IPv4)".
7.
Kies "Use the following IP Address".
8.
Voer het gewenste IP-adres in. Dit adres moet zich in hetzelfde subnet bevinden als het
IP-adres van het instrument, bijv.:
IP-adres voor Liquistation: 192.168.1.212 (zoals eerder geconfigureerd)
IP-adres voor de PC: 192.168.1.213.
Bediening Liquistation via webbrowser
1.
Start de Internet browser.
2.
Wanneer u een proxy-server gebruikt voor verbinding met het internet:
Schakel de proxy uit (browser-instellingen onder "Connections/LAN settings").
38
Liquistation CSF28
Endress+Hauser