7.3 • Instellen CO -grenswaarde (enkel voor Master) via XVK4 7.4 • Inregelen nominaaldebiet van de Healthconnector via XVK4 ® 7.5 • (optioneel) Instellen minimumdebiet van de Healthconnector via XVK4 ® 8 • Bediening met XVK4 8.1 • Werking 8.2 • Overzicht weergave LEDs 8.3 •...
Neem eerst deze handleiding nauwgezet door vooraleer de Healthconnector te installeren en te bedienen. Bewaar de gebruiksaanwijzing goed en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Volg steeds veiligheidsvoorschriften, waarschuwingen, opmerkingen en instructies uit de handleiding op. Bij niet opvolging van deze veiligheidsvoorschriften, waarschuwingen, opmerkingen en instructies kan dit leiden tot schade aan de Healthconnector of tot persoonlijk letsel. RENSON NV kan hiervoor niet verantwoordelijk gesteld worden: ®...
Master (zie rubriek 6 ‘Basiswerking Healthconnector’) • Verschillende types sensoren die geïntegreerd zijn in de Master Healthconnector (RH, CO IAQ) • Type met of zonder demper (diameter 200 en 250 steeds zonder demper) •...
Pagina 7
– – – * RH = Relative Humidity (= relatieve vochtigheid) IAQ = Indoor Air Quality (geuren, Volatile Organic Compounds – VOC´s) ** Healthconnector 125 is standaard voorzien van een geluidsdemper. *** Minimum 11,5V aan de ingang van de Healthconnector...
Pagina 8
Healthconnector ® Elk type Healthconnector is als volgt samengesteld: ➊ ➋ ➌ ➍ ➊ ➋ ➌ ➍ ➎ Master Ø 200 / Ø 250 Master Ø 125 met demper Master Slave Klepblad • • ➊ • • Stappenmotor ➋ •...
6.2 • Slave Healthconnector ® De Slave Healthconnector is een volgzame klep zonder actieve sensoren. De Slave wordt aan- gewend indien het maximum afvoerdebiet van de Master lager ligt dan het gewenste ventilatie afvoerdebiet in een ruimte. De Slave wordt dus in dezelfde ruimte geplaatst als de Master.
- Zorg dat de stuurprint gemakkelijk toegankelijk is. - Zorg dat de Healthconnector ten allen tijde toegankelijk blijft, zodat onderhoud en service kan gebeuren zonder breekwerk uit te voeren. - De plaatsing van de Healthconnector kan zowel horizontaal als verticaal. Bij horizontale plaatsing: zorg dat de sensoren niet naar onder gericht zijn.
Pagina 11
- Indien de luchtsnelheid door de Healthconnector > 3 m/s bedraagt, moet de afstand tot het dichtstbijzijnde extractierooster minimum 1 meter bedragen.
LIYY, SVV met elkaar verbonden worden. Opmerking – Er mogen maximum 2 bedieningen (in parallel) aangesloten worden op 1 Healthconnector – Maximum 1 Healthconnector aansluiten per bediening – Indien de devices (raamverluchting of Slave) gevoed en gestuurd worden vanuit de...
-grenswaarde van de Healthconnector kan ingesteld worden. De grenswaarde zorgt ervoor dat het CO -niveau niet overschreden wordt in de aangesloten ruimtes. 1. Zet de Healthconnector in HRC mode door kort op knop ➋ te drukken. Handeling: Kort indrukken (< 1 sec) Weergave: LED brandt continu ➋...
Pagina 14
Healthconnector ® 3. Met behulp van knoppen ➌ en ➍ kan de CO -grenswaarde ingesteld worden. Per druk op knop ➌ wordt de grenswaarde verlaagd, per druk op knop ➍ wordt de grenswaarde ver- hoogd. ➌ ➍ -grenswaarde verlagen -grenswaarde verhogen...
® 7.4.1 • Doel Bij de inregeling van het nominaaldebiet wordt het gewenste maximum afvoerdebiet door de Healthconnector ingesteld (= bepalen van de nominale klepstand). De inregeling dient zowel te gebeuren bij de Master als Slave Healthconnectoren. Opmerking: De norm NBN 50-001 vraagt dat het nominale debiet (= gewenste maximale debiet) in elke ruimte gelijktijdig moet behaald worden.
Pagina 16
Healthconnector ® 2. Druk beide knoppen ➊ en ➍ gedurende > 5 sec gelijktijdig in, en herhaal dit voor elke Healthconnector. Bij positief gevolg zullen alle LEDs op de 4-standenschakelaar snel knipperen. ➊ ➍ 3. Zet vervolgens de centrale ventilator onder spanning. Het maximum debiet stroomt door de Healthconnector.
Pagina 17
LEDs van de vierstandenschakelaar knipperen en blijven knipperen zolang de inregeling niet voltooid is. Het klepblad van de Healthconnector staat volledig open. Met de 4-standenschakelaar kan het gewenste maximum debiet ingesteld worden (zie stap 2). • STAP 2: Meet het debiet op (met een anemometer) aan het extractierooster in de ruimte.
Pagina 18
Healthconnector ® Onderstaande tabel geeft weer volgens welke weergave van de 4-standenschakelaar het klepblad gepositioneerd is: Knipperen op een bepaalde frequentie Knop ➊ Knop ➋ Knop ➌ Knop ➍ Positie klepblad Stand 0: volledig toe Stand 1 Stand 2 Stand 3...
Pagina 19
• Bij stroompanne hoeft u niet opnieuw in te regelen. De instellingen blijven bewaard. • Bij controle van het Vlaams Energie Agentschap, Brussels Instituut Milieubeheer of le Service Public de Wallonie kan het nodig zijn om de Healthconnector in nominale stand te plaatsen. Druk toets in gedurende >...
7.5.1 • Doel Bij de inregeling van het minimumdebiet wordt het gewenste minimum afvoerdebiet door de Healthconnector ingesteld. De inregeling dient zowel te gebeuren bij de Master als Slave Healthconnectoren. Opmerking: Hoe hoger het minimumdebiet, hoe kleiner het effect van de warmtebesparing van de Healthconnector (zie rubriek 6).
Pagina 21
Healthconnector ® Het klepblad kan in 12 verschillende posities ingesteld worden. De combinatie van de snel knipperende LEDs op de knoppen geeft weer in welke stand het klepblad gepositioneerd staat (bij minimumdebiet) ten opzichte van de nominale klepstand. Knipperen op een bepaalde frequentie Knop ➊...
Pagina 22
• STAP 3: eenmaal het gewenste minimum afvoerdebiet bereikt, dient men (kort) op knop ➋ te drukken om te bevestigen. De ‘minimum’ positie van het klepblad is hierbij ingesteld. Hierbij is de inregeling voor de Healthconnector voltooid; de LED op knop ➋ brandt continu; de Health- connector werkt in de HRC stand.
De bediening voor normaal gebruik kan enkel toegepast worden voor de Master Healthconnector. 8.1 • Werking De Master Healthconnector is ontworpen om vrijwel autonoom te kunnen werken. Naar eigen behoefte kan de bewoner wel nog ingrijpen om het ventilatie afvoerdebiet bij te regelen. Dit gebeurt met de (optionele) RENSON 4-standenschakelaar met LED-indicatie.
Pagina 24
ECO mode • EmptyHouse Mode: Systeem zonder vraagsturing, met het laagste afvoerdebiet. Er wordt geen rekening gehouden met de sensoren in de Healthconnector. De positie van het klepblad gaat naar minimumstand. Handeling: Lang indrukken (> 2 sec)
Pagina 25
® • Nominaal Mode: Systeem zonder vraagsturing, met nominaal afvoerdebiet, zijnde de maximale klepstand. Er wordt geen rekening gehouden met de sensoren van de Healthconnector. De positie van het klepblad gaat naar nominaalstand (= de ingestelde positie volgens inregeling). Handeling: Lang indrukken (> 2 sec)
Healthconnector ventileert volgens ECO Mode Healthconnector ventileert volgens HRC Mode Healthconnector ventileert volgens EmptyHouse Mode Healthconnector ventileert volgens Nominaal Mode Healthconnector ventileert volgens MIN Mode / PLUS Mode Inregeling nominaaldebiet stand 0: Volledig toe Inregeling nominaaldebiet stand 1 Inregeling nominaaldebiet stand 2...
➌ ➍ Door het uitvoeren van één van deze handelingen voert de Healthconnector een kalibratie uit. Hierbij wordt de klep eerst volledig gesloten om vervolgens naar zijn maximale positie te gaan. Daarna start een HRC-mode, die direct overruled kan worden door de XVK4-standenschakelaar, Modbus of analoge sturing (0-10V).
Pagina 28
Healthconnector ® 1. In Error menu gaan door ECO (knop 1 linksboven) en HRC-knop (knop 2 rechtsboven) tegelijkertijd in te duwen gedurende meer dan 5 seconden. Feedback: alle LED-lampjes knipperen 2 keer kort na elkaar. 2. Weergave Error: onderstaande LEDs knipperen wanneer betreffende sensor faalt: PLUS –...
• Pariteit: even • CRC16-modus 9.2 • Aansluiting De Modbus kabel zorgt voor de verbinding tussen het GBS en de Healthconnector. Naast de Modbus aansluiting, moeten alle Healthconnectoren natuurlijk ook voorzien zijn van voedingsspanning. Deze bedraagt 12/24V DC of 12V AC.
Healthconnectoren te programmeren! 9.4.1 • Een adres toekennen Om na te gaan of er nog geen enkele Healthconnector een bepaald adres heeft gekregen, voert men best een scan uit van alle adressen. Dit kan eenvoudig gedaan worden door een range in te stellen (bv van 1 tot 247 (alle mogelijke adressen)) en te klikken op “Scan”.
Pagina 32
Druk kort op de drukknop van de betreffende Healthconnector, bijvoorbeeld de eerste. e) Als het adres goed is toegekend zal het rode ledje van deze Healthconnector doven. Het tweede adres zal op de bus verschijnen. Dit kan vervolgens toegekend worden door op de drukknop van de tweede Healthconnector te drukken.
Pagina 33
Hieronder is een voorbeeld te zien van een automatische adres toekenning aan twee Healthconnectoren. 9.4.1.3 • Een adres resetten Indien een Healthconnector bijvoorbeeld een verkeerd adres heeft gekregen, kan deze steeds gereset worden. Dit is mogelijk via “Manual address assignment”. Geef het bepaalde adres dat moet gereset worden in en klik op “Reset modbus address”.
Pagina 34
® 9.4.2 • De Healthconnector configureren Nadat de Healthconnector een adres toegewezen is, is het mogelijk om deze ook te configure- ren. De te ondernemen stappen zijn te vinden op het tweede tabblad “Configure”. Elke Health- connector kan apart geconfigureerd worden, maar ook is het mogelijk om de instellingen te kopiëren.
“Apply” te klikken. 9.5 • De Healthconnector uitlezen Ten laatste is het mogelijk om de Healthconnector uit te lezen. Hiervoor gebruikt men het tabblad “Read only registers”. Het is opnieuw belangrijk om het correcte adres te selecteren, zodat de juiste Healthconnector geanalyseerd kan worden.
Modbus. 0 = XVK4 1 = Modbus 9.6.1.2 • Register 0x0000 Modbus ventilatie mode Via dit register is het mogelijk om de Healthconnector te wijzigen van mode. 0 = Manueel 1 = HDC (vraagsturing) 2 = ECO (energiebesparend met vraagsturing) 9.6.1.3 •...
Pagina 37
15 = volledig open (90° open) 9.6.1.5 • Register 0x0002 Minimale klepstand van de Healthconnector Ook de minimale stand van de Healthconnector kan bepaald worden. Dit is steeds een percentage ten opzichte van de maximale stand. 4 = 10% van de maximale klepstand...
Pagina 38
Healthconnector. 9.6.2.1 • Specificaties van de Healthconnector a. 0x0000: Device ID (0 = Healthconnector) b. 0x0001: Diameter van de Healthconnector (007D = 125, 00C8 = 200/250) c. 0x0002: VOC sensor (0 = niet aanwezig, 1 = aanwezig) d. 0x0003: CO sensor (0 = niet aanwezig, 1 = aanwezig) e.
10.1 • Master / Slave Healthconnector ® De functiebeschrijving van de Slave wordt gegeven in rubriek 6.2 Slave Healthconnector. In grote lokalen waar grote ventilatie afvoerdebieten nodig zijn (> 600m³/h) kan de Master-Slave combinatie gebruikt worden. Het totale afvoerdebiet wordt zo de som van de individuele Health- connector debieten.
Pagina 40
• Bedradingsschema 1x Master - 2x Slave combinatie: MASTER 4-standenschakelaar Transfo 12V AC - 12/24V DC* min. 1,26A * Min. 11,5V aan de ingang van de Healthconnector 1 op 1 aansluiting SLAVE SLAVE Signaal dat de Master doorstuurt naar Slaves Voeding afgetakt van de Master Healthconnector (Optioneel)
• Het signaal van de Master (of Slave) doorverbinden naar de signaalinput van het toevoerrooster(s). Voeding van de raamverluchting vanuit externe bron (24V). Transfo 12V AC - 12/24V DC* min. 0,63A * Min. 11,5V aan de ingang van de Healthconnector Gemotoriseerd Gemotoriseerd toevoerrooster toevoerrooster...
Pagina 42
• Het signaal van de Master (of Slave) doorverbinden naar de signaalinput van het toevoerroos- ter. Voeding van de raamverluchting afgetakt van de Master- of Slaveklep. Let hierbij op dat de voeding van de Healthconnector (sterkte en type AC/DC) overeenstemt met de voeding van de raamverluchting.
• Autonome werking Healthconnector: Stuursignaal GBS [0-1,25V]: normale werking (zie rubriek 6) • Gebouwbeheersysteem stuurt de positie van het klepblad van de Healthconnector. Er wordt geen rekening gehouden met de sensoren in de Healthconnector. Op de 4-standenschakelaar zullen alle LEDs gedoofd zijn.
: klepstand zoals bepaald door het gebouwbeheersysteem * Wanneer op een toets gedrukt wordt, start intern in de Healthconnector een klok van 2 uur. Indien meerdere keren op een toets gedrukt wordt binnen de tijdsduur van 2 uur, blijft de klok gewoon verder lopen.
– Slave Healthconnector wordt op het (de) toevoerpunt(en) geplaatst – De Master en Slave moeten eenzelfde diameter hebben – Stel de nominale en minimale kleppositie van de Master en de Slave Healthconnector idem in. Via de regelbare extractieroosters dient het nominaal “balans”debiet verder fijngeregeld te worden.
Healthconnector ® 14 • Service Vermeld het garantienummer en de productiedatum bij een service aanvraag van uw toestel. Het garantienummer van de Healthconnector bevindt zich op het garantiecertificaat en op de Healthconnector zelf. Voorbeeld: Garantienummer Productiedatum...