6.2.3
Vereisten inzake de plaats waar de
binnenunit geïnstalleerd wordt
INFORMATIE
Lees tevens de voorzorgsmaatregelen en vereisten in
hoofdstuk "Algemene veiligheidsmaatregelen".
▪ Houd rekening met de volgende richtlijnen inzake de benodigde
ruimte:
Maximum toegestane lengte voor de
koelmiddelleidingen tussen de binnenunit en de
buitenunit
Minimum toegestane lengte voor de
koelmiddelleidingen tussen de binnenunit en de
buitenunit
Maximum toegestaan hoogteverschil tussen de
binnenunit en de buitenunit
▪ Houd rekening met de volgende richtlijnen inzake de benodigde
ruimte:
>10
>10
(mm)
Installeer de unit NIET in een van de volgende plaatsen:
▪ Plaatsen met nevels van mineraalolie, oliespray of dampen in de
lucht. Plastic onderdelen kunnen worden aangetast en van het
toestel vallen of waterlekken veroorzaken.
▪ Geluidsgevoelige zones (zoals naast een slaapkamer), zodat het
geproduceerd geluid in bedrijf geen overlast veroorzaakt.
▪ De ondergrond moet sterk genoeg zijn om het gewicht van de unit
te dragen. Neem als gewicht het gewicht van de unit met een volle
tank voor warm tapwater.
Zorg ervoor dat in het geval van een waterlek, het water geen
schade kan berokkenen aan de installatieruimte en de omgeving.
▪ Op zeer vochtige plaatsen (rel. vochtigheid=max. 85%), bijv. een
badkamer.
▪ Op plaatsen onderhevig aan vorst. De omgevingstemperatuur
rond de binnenunit moet >5°C bedragen.
▪ De binnenunit is ontworpen om alleen binnen geïnstalleerd te
worden en bij omgevingstemperaturen van 5~35°C.
6.3
De koelmiddelleidingen
voorbereiden
6.3.1
Vereisten voor de koelmiddelleidingen
INFORMATIE
Lees tevens de voorzorgsmaatregelen en vereisten in
hoofdstuk "Algemene veiligheidsmaatregelen".
▪ Materiaal leidingen: Met fosforzuur gedeoxideerd naadloos
koper.
▪ Diameter van de leidingen:
ERLQ004~008CA + EHVZ04+08S18CB
Daikin Altherma – Lage-temperatuur-Split
4P401676-1B – 2017.04
Vloeistofleiding
Gasleiding
▪ Temperingsgraad en dikte van de leidingen:
Buitendiameter
(Ø)
6,4 mm (1/4")
15,9 mm (5/8")
30 m
(a)
3 m
6.3.2
De koelleidingen isoleren
▪ Neem polyethyleenschuim als isolatiemateriaal:
20 m
▪ met een warmteoverdrachtsfactor begrepen tussen 0,041 en
0,052 W/mK (0,035 en 0,045 kcal/mh°C)
▪ bestand tegen minstens 120°C
▪ Isolatiedikte
Buitendiameter van
de buizen (Ø
6,4 mm (1/4")
15,9 mm (5/8")
Ø
Ø
i
i
Ø
Ø
p
p
t
Als de temperatuur hoger is dan 30°C en de vochtigheid meer
dan 80% bedraagt, moet het isolatiemateriaal minstens 20 mm dik
zijn om condensatie aan de oppervlakte van de isolatie te
voorkomen.
6.4
De waterleidingen voorbereiden
6.4.1
Vereisten voor de watercircuits
INFORMATIE
Lees tevens de voorzorgsmaatregelen en vereisten in
hoofdstuk "Algemene veiligheidsmaatregelen".
OPMERKING
Wanneer kunststofleidingen worden gebruikt, zorg ervoor
dat
deze
DIN 4726. De diffusie van zuurstof naar de leidingen kan
overmatige corrosie veroorzaken.
▪ De
leidingen
leidingaansluitingen overeenkomstig de toepasselijke wetgeving
en de aanwijzingen in hoofdstuk "Installatie" en houd hierbij
rekening met de waterinlaat en -uitlaat.
▪ De leidingen aansluiten – Kracht. Oefen GEEN overdreven
kracht uit wanneer u de leidingen aansluit. Vervormde leidingen
kunnen storingen in de unit veroorzaken.
▪ De leidingen aansluiten – Gereedschappen. Gebruik alleen
gereedschap dat voor koper geschikt is, aangezien koper een
zacht materiaal is. ANDERS kunnen buizen beschadigd worden.
6 Voorbereiding
Ø6,4 mm (1/4")
Ø15,9 mm (5/8")
Hardingsgraad
Dikte (t)
Gegloeid (O)
≥0,8 mm
Gegloeid (O)
≥1,0 mm
In functie van de toepasselijke wetgeving en de maximale
werkdruk van de unit (zie "PS High" op het naamplaatje
van de unit) kunnen dikkere leidingen nodig zijn.
Binnendiameter van
)
de isolatie (Ø
)
p
i
8~10 mm
10 mm
16~20 mm
13 mm
zuurstofdiffusiedicht
zijn
aansluiten
–
Wetgeving.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
(a)
Ø
t
Isolatiedikte (t)
overeenkomstig
Maak
alle
19