2.2.5 Aanwezigheid van brandblusser
Als er heet werk aan de koelapparatuur of bijbehorende onderdelen moet
worden uitgevoerd, moet er geschikte brandblusapparatuur bij de hand zijn.
Zorg voor een droge poeder- of CO2-brandblusser.
2.2.6 Geen ontstekingsbronnen
Niemand die werkzaamheden uitvoert met betrekking tot een koelsysteem
waarbij leidingwerk wordt blootgesteld dat ontvlambaar koelmiddel bevat of
heeft bevat, mag geen ontstekingsbronnen gebruiken op een zodanige
manier dat dit kan leiden tot brand- of explosiegevaar. Alle mogelijke
ontstekingsbronnen, inclusief het roken van sigaretten, moeten voldoende ver
verwijderd worden gehouden van de plaats van installatie, reparatie,
verwijdering en verwijdering, waarbij mogelijk ontvlambaar koelmiddel kan
vrijkomen in de omringende ruimte. Voorafgaand aan het werk moet het
gebied rond de apparatuur worden onderzocht om er zeker van te zijn dat er
geen ontvlambare gevaren of ontstekingsrisico's zijn. Er moeten borden met
'verboden roken' worden aangebracht.
2.2.7 Geventileerde ruimte
Zorg ervoor dat de ruimte zich in de open lucht bevindt of voldoende wordt
geventileerd voordat u in het systeem opent of heet werk uitvoert. Gedurende
de periode dat de werkzaamheden worden uitgevoerd, dient een mate van
ventilatie aanwezig te zijn. De ventilatie moet eventueel vrijgekomen
koelmiddel veilig afvoeren en bij voorkeur extern in de atmosfeer verdrijven.
2.2.8 Controles aan de koelapparatuur
Wanneer elektrische componenten worden gewijzigd, moeten deze geschikt
zijn voor het doel en voldoen aan de juiste specificaties. De onderhouds- en
servicerichtlijnen van de fabrikant moeten te allen tijde worden gevolgd.
Raadpleeg bij twijfel de technische afdeling van de fabrikant voor hulp.
De volgende controles moeten worden toegepast op installaties die brandbare
koelmiddelen gebruiken:
13