:00 verdunning:
:0 verdunning:
5.8
Standaardoplossingen
kalibratieoplossingen moeten in het donker worden bewaard (indien enigszins mogelijk in de koelkast), in een
afgesloten flesje om verdamping en vervuiling te voorkomen. Maak een standaardoplossing door 1,63 gram ana-
lysekwaliteit kaliumnitraat in een 00 ml maatcilinder af te wegen (of 6,3 gram in een 000 ml maatcilinder). Vul
daarna de maatcilinder met exact 00 resp. 000 ml nitraatvrij water en vermeng alles goed. De onstane oplossing
bevat 0.000 ppm nitraat.
Pipeteer 0 ml van deze 0.000 ppm oplossing in een 00 ml maatcilinder, en vul dit aan met 00 ml gedestilleerd
water. Dit resulteert in een oplossing met 000 ppm nitraat.
Herhaal deze handeling nog een keer om een 00 ppm oplossing te verkrijgen.
6.
het uitvoeren van een meting
. Open het klepje, in het display verschijnt kort 8888, en vervolgens cal.
2. als er al een lotnummer is geselecteerd bij een vorige meting dan knippert dit nu ten teken dat het zonodig
kan worden gewijzigd(zie 5.4, 5.5 en 5.6).
als er geen lotnummer was geselecteerd dan verschijnt in de rechterbovenhoek van het display een
knipperende cursor. Met de toetsen moet nu eerst een lotnummer worden geselecteerd voordat
verder gegaan kan worden. als de correctie is bepaald, voer dan het bijbehorende LOT-nr. in. Voer LOT-nr. 5
in als er geen correctiefactor hoeft te worden ingesteld. Het instrument staat dan in een soort neutrale
stand.
ga verder met stap 3 als het gewenste LOT-nr. al geselecteerd is.
3. Neem een teststripje uit het busje en sluit het busje meteen weer af.
4. Plaats de strip met het kussentje naar beneden gericht in de optiekkop van het instrument (zie tekening).
5. sluit het klepje. Het instrument voert nu kalibratie uit van het ingebrachte stripje. in het display verschijnt ----,
gevolgd door Go en twee piepsignalen. Het instrument heeft de teststrip geaccepteerd en zich ingesteld op
deze uitgangswaarde.
als i.p.v. Go, err in het display verschijnt, dan accepteert het instru-
ment de strip niet. De strip is verkeerd geplaatst, te dik, al ver-
kleurd, verouderd etc. Open het klepje en verwijder de strip.
in het display verschijnt weer cal. Herhaal de handeling nog
eens of neem een nieuw stripje totdat Go verschijnt.
6. Open het klepje als Go verschijnt, de strip is geaccepteerd en het
instrument hierop gekalibreerd.
Na 5 sec. geeft het instrument met een pieptoon het begin aan van
een 60 seconden durende aftelperiode. in deze tijd komt het kus-
sentje tot volledige verkleuring. Drie korte pieptonen geven het
einde van de aftelperiode aan.
7. breng nu met de microliterspuit 7,8 microliter van de te onder-
zoeken vloeistof aan op het kussentje. zorg ervoor dat dit inmiddels
klaar staat. 7,8 microliter is precies voldoende vloeistof om het kus-
sentje optimaal te bevochtigen.
vermeng 99 ml nitraatvrij water (bijv. dubbel gedestilleerd wate) met ml monster.
elke meting van deze verdunning moet met 00 worden vermenigvuldigd om het nitraat-
gehalte van het oorspronkelijke monster te verkrijgen.
vermeng 9 ml nitraatvrij water met ml monster. Het meetresultaat moet nu met 0
worden vermenigvuldigd om het gewenste resultaat te bereiken.
6 6