Bedieningshandleiding
Inspecties
47 Laat het platform volledig neer.
48 Rijd met de machine.
Resultaat: De machine dient te gaan rijden.
49 Ga terug naar een horizontale ondergrond en
breng het platform meer dan ongeveer
15 ft/4,6 m omhoog.
50 Rijd met de machine een helling op waarbij de
chassishoek van zijde naar zijde groter dan
2,5° is.
Resultaat: De machine dient te stoppen zodra of
voordat de machine een chassiskantelhoek van
2,5° bereikt en het scheefstandalarm klinkt met
180 pieptonen per minuut. Het indicatielampje op
de hef-inschakelknop dient rood op te lichten.
51 Laat het platform volledig neer.
52 Rijd met de machine een helling op waarbij de
chassishoek van voren naar achteren groter dan
3,5° is.
53 Breng het platform ongeveer 15 ft/4,6 m omhoog.
Resultaat: Het platform dient te stoppen en het
scheefstandalarm dient met 180 pieptonen per
minuut te klinken. Het indicatielampje op de hef-
inschakelknop dient rood op te lichten.
54 Druk de functieschakelaar op de joystick in en
houd deze ingedrukt.
55 Verplaats de joystick in de richting die wordt
aangegeven door de blauwe pijl en vervolgens in
de richting die wordt aangegeven door de gele
pijl.
Resultaat: De rijfunctie mag in geen van beide
richtingen in werking treden.
34
GS
™
-3384 • GS
™
-3390 • GS
56 Laat het platform volledig neer.
57 Rijd met de machine.
Resultaat: De machine dient te stoppen.
58 Ga terug naar een horizontale ondergrond en
breng het platform meer dan ongeveer
15 ft/4,6 m omhoog.
59 Rijd met de machine een helling op waarbij de
hellinghoek van voren naar achteren groter dan
3,5° is.
Resultaat: Het platform dient te stoppen en het
scheefstandalarm dient met 180 pieptonen per
minuut te klinken. Het indicatielampje op de hef-
inschakelknop dient rood op te lichten.
60 Breng het platform volledig omlaag en ga terug
naar een horizontale ondergrond.
™
-4390 • GS
™
-5390
Zesde uitgave • Vierde druk
Onderdeelnr. 1305658DUGT