Bedieningshandleiding
Onderhoud
SMEEROLIËN- HYGIËNE- EN
VEILIGHEIDSNORMEN
Hygiëne
Langdurig contact van oliën met de huid kan
irritatie veroorzaken. Het is daarom aangeraden
handschoenen en protectiebril te dragen. Nadat
men met olie gewerkt heeft, handen wassen met
water en zeep.
Opberging
Smeeroliën in een gesloten plaats opbergen, buiten
bereik van kinderen. Nooit op een open plek en
zonder stikker met inhoudsaanduiding wegzetten.
Afbraak
Olie, nieuwe of gebruikte, is altijd hoogst vervuilend!
Nieuwe olie zorgvuldig bewaren en de gebruikte olie
in vaten verzamelen voor de afbraak door specifieke
centra.
Verspreiding
In geval van toevallige verspreiding van olie, zorgen
dat deze opgenomen wordt door zand of toegestane
korrels. Het opgenomen materiaal wegnemen en
afbreken als chemische afval.
Eerste hulp bij ongevallen
Ogen:
Bij contact met ogen, overvloedig
spoelen met stromend water. Indien de
irritatie blijft, een Medische Hulpdienst
opzoeken.
Inslikken: Bij het inslikken van olie, geen braken
veroorzaken maar de hulp van een arts
inroepen.
Huid:
In geval van langdurig contact met de
huid, wassen met water en zeep.
Brand
In geval van brand, brandblusapparaat met droge
of schuimige koolstof anhydride gebruiken. Geen
water gebruiken.
42
GEPROGRAMMEERD
ONDERHOUD
Een verkeerde of onvoldoende onderhoudsbeurt kan
de wagen en/of de werktuig gevaarlijk maken voor de
operator of voor de mensen die in nabijheid komen.
Zorg ervoor dat onderhouds- en smeerhandelingen
regelmatig uitgevoerd worden zoals aangegeven door
de fabrikant, zodat het toestel en het eindwerktuig
doeltreffend en veilig blijven. De onderhoudsbeurten
staan in verband met het aantal werkuren die de
wagen en/of de werktuig uitvoert. De urenteller
nakijken en steeds werkend houden.
Nagaan of alle onregelmatigheden, ondervonden
tijdens de onderhoudsbeurt, hersteld worden
alvorens de wagen alweer te gebruiken.
Bij elk gebruik
1. Visueel nagaan of het werktuig niet beschadigd
is alvorens het te gebruiken.
2. Maak het werktuig zorgvuldig schoon met water,
na afloop van iedere werkdag of in ieder geval
voor iedere langere stilstand om het verharden
van de resten te voorkomen.
3. Controleer of er geen hydraulische olie lekkages
uit de leidingen of uit de snelkoppelingen zijn
(indien aanwezig).
4. De snelkoppelingen na iedere ontkoppeling
zorgvuldig afschermen om te voorkomen dat
vuil in het circuit terecht komt (indien aanwezig).
5. Controleer, na ieder gebruik, de kettingen en
vervang ze als ze versleten of beschadigd zijn
(indien aanwezig).
BAK - KORF
Eerste Uitgave - Eerste Herdruk
Code 57.0303.5198