6.5 Condensafvoerleiding
Sluit de gezamenlijke condensafvoerleiding door middel van een open verbinding
aan op de riolering. Hiermee wordt voorkomen dat eventuele rioolgassen in de ketel
terecht komen. De rioolaansluiting moet een minimale diameter van 32 mm hebben.
Op de gezamenlijke rioolaansluitleiding van de verticale opstelling zijn de volgende
componenten aangesloten:
-
Condensafvoer;
-
Overstortventiel 3 bar;
-
Overstortventiel 8 bar van de inlaatcombinatie.
Bij een horizontale opstelling zijn op de rioolaansluitleiding de volgende componenten
aangesloten:
-
Op de ketel:
- Condensafvoer;
- Overstortventiel 3 bar.
-
Op de boiler:
- Overstortventiel 8 bar van de inlaatcombinatie.
Het afvoeren van het condenswater op de hemelwaterafvoer is, met het oog
op bevriezingsgevaar, niet toegestaan.
type
boilervermogen
materiaal boiler
inhoud boiler (sanitairzijdig)
gewicht boiler (leeg)
waterdruk maximaal
Indicatie Comfortklasse Warmwater in combinatie met de Q25S
Indicatie Comfortklasse Warmwater in combinatie met de Q38S
instelbereik thermostatisch mengventiel
inspectieluik aanwezig
boilerspecificaties
CW 3 keuken of douche of bad (100l.)
CW 4 keuken of douche of bad (120l.)
CW 5 keuken of douche of bad (150l.)
CW 6 keuken en bad (150l.)
toepassingsklasse Comfort Warmwater
toepassingsklasse
keuken en douche
bad (200l.)
kW
RVS
ltr
kg
bar
CW
CW
°C
keuken
douche
(60°C)
(40°C)
min. waterhoeveelheid
(Lt/min.)
>3,5
>12
>3,5
>11
>3,5
>12,5
>3,5
>12,5
>3,5
-
-
-
QBV110
QBH110
31
316Ti
104
49
8,0
5
6
40-65
ja
tabel 6
bad (40°C)
max. tijds-
duur (min.)
<12
<11
<10
-
<10
<10
tabel 7
11