Inhoudsopgave Voor het gebruik........3 Opgeslagen locaties bewerken ....38 Geheugenpunten ..............39 Het verwisselen van de kaart disks...4 ■ Geheugenpunten opslaan ..........39 Plaatsen van de kaart disk ..........4 ■ Geheugenpunten weergeven en wijzigen ......40 ■ Geheugenpunten wissen ..........42 Het verwijderen van een kaart disk......4 ■...
Het verwisselen van de kaart disks Plaatsen van de kaart disk Schuif het voordeksel naar beneden om de disk-gleuf te openen. Breng de kaartdisk in (met de bedrukte zijde naar boven) en sluit het voordeksel. Het verwijderen van een kaart disk Schuif het voordeksel naar beneden om de disk-gleuf te openen.
De navigatie opstarten Het opstarten van de navigatie en het visualiseren van het gebied rondom uw voertuig. Start de motor van uw voertuig. Het scherm "WAARSCHUWING" verschijnt, gevolgd door het scherm LET OP. Lees de informatie onder WAARSCHUWING aandachtig en selecteer WAARSCHUWING De meeste functies zijn geblokkeerd als het voertuig in beweging is.
Taal Selectie U kunt de taal van het menu en de stembegeleiding wijzigen. Selecteer Selecteer (Taal). Selecteer uw voorkeurtaal in de lijst. : Geeft tot vijf vorige items weer. : Geeft het vorige item weer. : Geeft het volgende item weer. : Geeft tot vijf van de volgende items weer.
Markeringen (en regelingen) weergegeven op kaarten Beeldschermen voor het instellen van de route <Schuifbeeldscherm> <Beeldscherm met de Huidige Positie> Verschuif de kaart 1 Tijsweergave 7 Voertuig icoon Geeft de tijd aan. Geeft de huidige positie en richting van uw voertuig weer.
Handelingen aan de kaart Veranderen van de kaartrichting Aan de bovenkant van de kaart kan of de rijrichting of het noorden getoond worden. Selecteer <Rijrichting naar boven> Selecteer om de kaart te draaien zodanig dat de richting waarin u rijdt altijd bovenaan het scherm staat (het rode gedeelte van de pijl geeft het noorden aan): <Noorden naar boven>...
Handelingen aan de kaart De schaal van de kaart veranderen U kunt de schaal van de kaart vergroten of verkleinen. Selecteer om de schaal van de kaart te veranderen. Selecteer om de schaal van de kaart te veranderen zoals links aangegeven. •...
Route invoeren Bestemming invoeren De bestemming invoeren door de kaart te verschuiven U kunt de bestemming of het te passeren punt invoeren op de kaart als het juiste adres niet bekend is. Raak het scherm aan om de kaart te scrollen tot de op de bestemming of het te passeren punt staat.
Route invoeren ■ Selectie van de route Wanneer de bestemming is ingesteld, worden tegelijkertijd drie types van route berekend (Snel, Normaal, en Kort). U kunt de gebruikte route hiertussen kiezen. Selecteer U kunt de berekende route selecteren uit één van drie types, nl. Snel (de snelste route), Normaal (de standaard route), of Kort (de kortste route).
De bestemming invoeren vanuit het Navigatie Menu U kunt de bestemming op verschillende manieren die door het systeem worden geboden invoeren. Selecteer Selecteer (Bestemmings Invoer). Selecteer het gewenste item. (Adres)* blz. 14 (Punt van interesse)* blz. 16 (Selecteren op kaart) blz.
Route invoeren ■ Adres Voorafgaande stappen (Bestemmings Invoer) 3 (Adres) Voer de straatnaam in. U kunt de gewenste straat in de getoonde lijst selecteren zodra u een paar letters van de straatnaam hebt ingevoerd. : Selecteer dit om het laatst ingevoerde teken te wissen. Selecteer het continu om alle ingevoerde tekens te wissen.
■ Geheugenpunt Als u een geheugenpunt hebt opgeslagen kunt u het als bestemming gebruiken. Voorafgaande stappen (Bestemmings Invoer) 3 (Geh. -punt) Selecteer de categorie voor het gewenste geheugenpunt. Selecteer het gewenste Geheugenpunt. : Geeft tot vijf vorige suggesties weer. : Geeft de vorige suggesties weer. : Geeft de volgende suggesties weer.
Route invoeren ■ Thuis/Opgeslagen bestemming Als u al uw thuisadres hebt opgeslagen kunt u dit als uw bestemming instellen. Als bestemmingen op voorhand zijn opgeslagen kunt u ze ook met één toets selecteren voor de huidige bestemming. Voorafgaande stappen (Bestemmings Invoer) Selecteer (Thuis) of bestemmingen De kaart voor de streek rond uw thuislocatie of rond de opgeslagen...
■ Vorige bestemming Hiermee kunt één van de 100 meest recente bestemmingen of tussenstops kiezen en dit als uw nieuwe bestemming instellen. Voorafgaande stappen (Bestemmings Invoer) 3 (Vorige bestemming) Selecteer de vorige bestemming in de lijst. : Geeft tot vijf vorige suggesties weer. : Geeft de vorige suggesties weer.
Route invoeren ■ Oprit/Afrit Autosnelweg U kunt de naam van een oprit of afrit in een lijst zoeken en hem instellen als uw bestemming of navigatiepunt. Voorafgaande stappen (Bestemmings Invoer) 3 (Op- /afrit snelweg) Voer de naam van de autosnelweg in en selecteer Selecteer de naam van de door u gewenste autosnelweg.
■ Coördinaten Met deze functie kunt u bestemmingen instellen aan de hand van de breedtegraad en lengtegraad. Voorafgaande stappen (Bestemmings Invoer) 3 (Coördinaten) Voer de breedtegraad in. U kunt dit doen met behulp van de nummertoetsen in combinatie met [°] (graden), ['] (minuten), en ["] (seconden). Voer de lengtegraad in.
Route invoeren ■ Kruispunt Bepaal het kruispunt door middel van 2 straatnamen, en zoek de gewenste plaats. Voorafgaande stappen (Bestemmings Invoer) 3 (Kruispunt) Voer de eerste straat in en selecteer Selecteer de gewenste straat in de lijst. : Geeft tot vijf vorige suggesties weer. : Geeft de vorige suggesties weer.
■ Postcode Hiermee kunt u een locatie door middel van zijn postcode zoeken en het tot punt van bestemming maken. Voorafgaande stappen (Bestemmings Invoer) 3 (Postcode) Voer de postcode in en selecteer Om uw bestemming in te stellen, zie bladzijde 17. : Hiermee wordt het laatst ingevoerde letterteken gewist.
Routebegeleiding Begeleidingssbeeldscherm Terwijl u rijdt met de routebegeleiding, worden de richtingen waar u bij de volgende kruispunten af moet slaan aangeduid als Afslagpijlen of als Afslaglijst. <Afslagpijl> <Aflaglijst> De afslagen worden aangeduid met De afslagen worden aangeduid in de een pijl. vorm van een lijst.
Dubbele kaart weergeven U kunt een kaart op twee schermen weergeven. <Enkele kaart> <Dubbele kaart> Selecteer (Schermconfiguratie). Selecteer (Dubbele kaart). Selecteer (Enkele kaart) als u naar de weergave op één scherm wilt terugkeren. Als er geen te selecteren zijn, kunt u het scherm sluiten door selecteren.
Route opties Route-opties instellen Tijdens de routebegeleiding kunt u de route opties wijzigen, de routebegeleiding stopzetten of de route nakijken. Selecteer Selecteer (Route-opties). Het beeldscherm met de Route opties verschijnt. (Zoekcriterium): Stel de methode voor de routeberekening tussen locaties in. (zie bladzijde 25) (Omleid.): Met deze optie wordt er een alternatieve route berekend vanaf uw...
Zoekconditie U kunt de condities instellen en het mobiele navigatiesysteem berekent een route. Voorafgaande stappen (Route-opties) 3 (Zoekconditie) Selecteer , of als instelling voor de berekening tussen locaties. : De route met de kortste reistijd wordt gebruikt. : De standaardroute wordt gebruikt. (U kunt alleen selecteren om de tussenstops na het volgende punt te bereiken.)
Route opties Route Voorkeuren Met deze functie kunt u instellingen maken voor de wegen die u wilt gebruiken en de routeberekening beginnen. Voorafgaande stappen (Route-opties) 3 (Routevoork.) Bij iedere druk op een toets, wordt het gebruik van de overeenkomstige wegen of ferries geactiveerd of gedeactiveerd.
■ Positie Bestemming of Tussenstops veranderen Met deze functie kunt u de berekende route weergeven en de positie van de bestemming of tussenstops wijzigen. Voorafgaande stappen (Route-opties) 3 (Best. & T.stop) Selecteer Selecteer (Wijzig locatie). Selecteer de toets voor de locatie die u wilt veranderen. De kaart voor de streek rond uw huidige locatie wordt weergegeven.
Route opties ■ Bestemming of Tussenstops wissen Met deze functie kunt u een ingestelde bestemming of navigatiepunt wissen. Voorafgaande stappen (Route-opties) 3 (Best. & T.stop) Selecteer Selecteer de toets voor de bestemming of het navigatiepunt dat u wilt wissen. Selecteer wanneer het bevestigingsbericht verschijnt.
Route weergeven Geef met deze functie de volledige berekende route weer. Voorafgaande stappen (Route-opties) 3 (Route tonen) Selecteer Dan verschijnt het beeldscherm met de Volledige Route. U kunt gebieden die u vermijden wilt uit de lijst met straatnamen instellen. : Berekent de route opnieuw. Als de gegevens van de route niet op één beeldscherm getoond kunnen worden, kunt u gebruiken om hem te...
Route opties ■ Condities voor de simulatie instellen Voorafgaande stappen (Route-opties) 3 (Routevoorbeeld) Selecteer Het scherm ROUTEVOORB. WIJZ. verschijnt. Stopt aan de bestemming of het volgende navigatiepunt. Stopt aan een belangrijk punt dat in de route is ingesteld. Wis het geselecteerde PVI. PVI’s: Geeft de zes PVI’s in de Quick-PVI-opslag weer.
Navigatie Instelling Navigatiesysteem instellen U kunt de voorwaarden voor kaartweergave en voor routebegeleiding veranderen en de systeeminformatie weergeven. Selecteer Selecteer (Navigatie Instelling). Het beeldscherm met de Instelling van de Navigatie verschijnt. Selecteer een insteltoets terwijl u het scherm verandert met (Gebruikersinst.): Hiermee kunt u de instellingen voor schermweergave en geluid veranderen.
Navigatie Instelling Gebruikersinstelling U kunt de instellingen voor schermweergave en geluid veranderen. Voorafgaande stappen (Navigatie-instelling) 3 (Gebruikersinst.) Selecteer het gewenste item. Selecteer een insteltoets terwijl u het scherm verandert met Afstand: Als eenheid voor de afstanden hebt u de keuze tussen (km) en (mijl).
Snelle PVI’s selecteren Met deze functie kunt u de categorieën instellen die worden getoond wanneer het menu (Punt van Interesse) op de kaart wordt geselecteerd. Met Quick Quick PVI kunt u maximaal zes verschillende categorieën die u het meest gebruikt opslaan. (zie bladzijde 48 om markeringspunten op de kaart weer te geven en belangrijke punten in de buurt te zoeken) Voorafgaande stappen (Navigatie-instelling) 3...
Navigatie Instelling 2D/3D-weergave U kunt overschakelen tussen een tweedimensionale en driedimensionale weergave op het beeldscherm. Ook kunt u de hoek van zicht van de 3D weergave veranderen. Voorafgaande stappen (Navigatie-instelling) 3 (2D/3D-weergv.) Selecteer een 2D- of 3D-weergave voor het Kaartscherm en het Begeleidingsscherm.
Kalibratie Hiermee kunt u fouten corrigeren in de positie of richting van het voertuigdisplay. ■ Huidige positie en Richting aanpassen Voorafgaande stappen (Navigatie-instelling) 3 (Kalibratie) Selecteer Verplaats naar de juiste positie en selecteer Corrigeer de richting waarin u rijdt met , en selecteer ■...
Navigatie Instelling ■ Voertuigsignaal Met deze functie kunnen voertuig- en GPS-satellietgegevens worden weergegeven. Voorafgaande stappen (Navigatie-instelling) 3 (Kalibratie) Selecteer Het scherm VOERTUIGSIGNAAL verschijnt. ■ Kaart Versie Met deze functie kunt u de versie van de gebruikte kaartdisk controleren. Voorafgaande stappen (Navigatie-instelling) 3 (Kalibratie) Selecteer...
Klok instellen Met deze functie wordt de huidige tijd ingesteld. Aangezien de tijd via een GPS-satelliet wordt bijgehouden, kunnen de instellingen voor de tijdzones automatisch worden uitgevoerd. Voorafgaande stappen (Navigatie-instelling) 3 (Klok instellen) Selecteer als u een weergave met 24 uur verkiest, of voor een weergave met 12 uur.
Geheugenpunten ■ Geheugenpunten opslaan Geheugenpunten kunnen in vier opslagcategorieën worden onderverdeeld. Voorafgaande stappen (Opgeslagen locaties) 3 (Geheugenpunten) Selecteer de categorie waarin u het geheugenpunt wilt opslaan. Selecteer Stel een geheugenpunt in volgens de methode die u verkiest. U kunt tot 100 geheugenpunten opslaan. U moet geheugenpunten die u niet langer gebruikt (zie bladzijde 42) wissen alvorens u een nieuw geheugenpunt opslaat.
Opgeslagen locaties bewerken ■ Geheugenpunten weergeven en wijzigen Met deze functie kunt u opgeslagen geheugenpunten in een lijst weergeven en namen, pictogrammen, telefoonnummers, e.d. wijzigen. Voorafgaande stappen (Opgeslagen locaties) 3 (Geheugenpunten) Selecteer de categorie van het geheugenpunt dat u wilt wijzigen.
Pagina 41
: Hiermee kunt u de naam wijzigen. Selecteer zodra het bewerken voltooid is. Selecteer verder om namen op de kaart weer te geven of als u deze namen niet wilt weergeven. : Hiermee kunt u op het kaartscherm geheugenpunten controleren en wijzigen. Selecteer na de controle.
Opgeslagen locaties bewerken ■ Geheugenpunten wissen Met deze functie kunt u opgeslagen geheugenpunten wissen. Voorafgaande stappen (Opgeslagen locaties) 3 (Geheugenpunten) Selecteer de categorie van het geheugenpunt dat u wilt wissen. Selecteer Selecteer het geheugenpunt dat u wilt wissen. Selecteer wanneer het bevestigingsbericht verschijnt.
■ Categorienaam wijzigen U kunt de categorienamen — Persoonlijk, Zakelijk, Ontspanning, en Markeringspunt— desgewenst wijzigen. Voorafgaande stappen (Opgeslagen locaties) 3 (Geheugenpunten) Selecteer de categorie waarvan u de naam wilt wijzigen. Selecteer Wis letters met behulp van , voer de nieuwe letters in, en selecteer dan Gebied vermijden opslaan ■...
Opgeslagen locaties bewerken ■ Streek vermijden weergeven en wijzigen Met deze functie kunt u opgeslagen te vermijden streken in een lijst weergeven en ze wijzigen. Voorafgaande stappen (Opgeslagen locaties) 3 (Vermijd gebied) Selecteer Selecteer de te vermijden streek die u wilt wijzigen. Selecteer de toets voor het item dat u wilt wijzigen.
Vorige bestemming (Opgeslagen locaties wissen) Met deze functie kunt u voordien ingestelde bestemmingen wissen. Voorafgaande stappen (Opgeslagen locaties) 3 (Vorige best.) Selecteer is geselecteerd worden alle vorige bestemmingen ook gewist. Selecteer de bestemming die u wilt wissen. : Geeft tot vijf vorige suggesties weer. : Geeft de vorige suggesties weer.
Opgeslagen locaties bewerken Vooringestelde bestemming ■ Vooringestelde bestemming opslaan U kunt maximaal vijf regelmatig gebruikte bestemmingen opslaan, zodat u ze met één toets als huidige bestemming kunt instellen. Voorafgaande stappen (Opgeslagen locaties) 3 (Vooring. best.) Selecteer Selecteer een voorkeuzenummer. Stel een vooringesteld bestemmingsgebied in volgens de methode die u verkiest.
■ Vooringestelde bestemming weergeven en wijzigen Met deze functie kunt u vooringestelde bestemmingen in een lijst weergeven en ze wijzigen. Voorafgaande stappen (Opgeslagen locaties) 3 (Vooring. best.) Selecteer Selecteer 1 t/m 5 volgens de bestemming die u wilt wijzigen. Selecteer de toets voor het item dat u wilt wijzigen. Voor meer informatie over de functie van elke toets, zie <Geheugenpunten bevestigen en wijzigen>...
Andere Functies Het tonen van PVI’s op de kaart U kunt één van de zes categorieën in het menu of Alle Categorieën selecteren en dan de PVI(‘s) die op de kaart getoond moeten worden. Selecteer hets cherm. Selecteer (Punten van Interesse). Selecteer de categorieën die u wilt weergeven (maximaal vijf).
PVI Gegevens Tonen U kunt PVI (Punt van Interesse) gegevens tonen zoals naam, adres en telefoonnummer. Toon de PVI’s. (zie bladzijde 33 en 48) Selecteer het gewenste PVI door de over het PVI- pictogram te verplaatsen. De naam van het geselecteerde PVI verschijnt. Als er geen gegevens zijn opgeslagen voor het geselecteerde PVI, dan wordt de PVI naam niet getoond.
RDS TMC Als een RDS-TMC (KNA-TM320) geïnstalleerd is, kunt u file-informatie weergeven en gebruiken. (De RDS-TMC (KNA-TM320) is een optie.) Instellingen van RDS-TMC Raak de toets aan van het land waarin u zich nu bevindt. Selecteer Selecteer (RDS-TMC). Selecteer Dynamische routebegeleiding Selecteer Wanneer deze optie is ingeschakeld, herberekent het systeem een andere route voor u wanneer er op uw route een file staat.
Het land veranderen met TMC Selecteer : Het Navigatiesysteem detecteert automatisch wanneer u een nationale grens oversteekt en stelt de TMC-dienstzender voor het huidige land in. : U kunt ook manueel het land instellen waarvan u het signaal wilt ontvangen. Selecteer het gewenste land in de lijst.
RDS TMC Alle verkeersproblemen weergeven Selecteer Alle verkeersproblemen op uw route worden in volgorde vanaf uw huidige positie weergegeven. Selecteer om de positie van een verkeersprobleem op de kaart weer te geven, of om details en meer informatie weer te geven. RDS-TMC-informatie weergeven Het RDS TMC-pictogram staat op het kaartscherm.
Pagina 53
Raak het Verkeersprobleem aan om informatie over het geselecteerde Probleem te raadplegen. In de volgende tabel worden de kleuren voor de verkeersproblemen beschreven: DRGS aan-conditie DRG uit-conditie Categorie (Lichte achtergrondkleur) (Donkere achtergrondkleur) Nacht Nacht Stilstaand verkeer (rood) File (oranje) Ongevallen (roze) Weg gesloten (zwart) Wegenwerken (roze) Gevaar (roze)
• Monitors van Kenwood bevatten een ingebouwde signaalontvanger voor de afstandsbediening. Wanneer u met een monitor van Kenwood werkt moet u dus geen ontvanger voor het afstandsbedieningssignaal installeren; bovendien kunt u de ontvanger van de monitor niet gebruiken als de ontvanger van het afstandsbedieningssignaal is aangesloten.
Sneltoetsen opslaan De afstandsbediening biedt enkele sneltoetsen waaraan u regelmatig gebruikte functies kunt toewijzen. Selecteer Selecteer (Navigatie-instelling). Selecteer (Afstandsbedien.). Selecteer om de tweede pagina weer te geven. Selecteer Selecteer de functie die u wilt opslaan in de lijst. : Geeft tot vijf vorige suggesties weer. : Geeft de vorige suggesties weer.
Stemactivering Beschrijving Als een Microfoon & Spreekschakelaar KNA-VC300 is aangesloten, kunt u het Navigatiesysteem via spraakherkenning bedienen. (De Microfoon & Spreekschakelaar KNA-VC300 is een optie.) Spreekschakelaar Microfoon Microfoonop • Let op de volgende punten voor een optimale spraakherkenning van de pervlak microfoon bij gesproken bediening.
Basisgebruikspatroon Spraakbediening is mogelijk door de spreekschakelaar in te drukken en een gesproken opdracht (zie het volgende deel) in de microfoon te spreken. Druk op de spreekschakelaar. Het systeem laat een korte bevestigingstoon horen. Spreek de gewenste opdracht uit. Na herkenning laat het systeem een bevestigingstoon horen. Wanneer u een bevestigingstoon hoort na het inspreken van de stemopdracht, drukt u nogmaals op de spreekschakelaar en zegt u "Ja"...
Algemene Informatie ■ Nauwkeurigheid van de Positie van het Voertuig ■ Mechanisme voor het detecteren van de positie van het voertuig Gebied waar de GPS signalen niet ontvangen kunnen worden De positie van het voertuig detecteren door middel van de GPS Daar de radiogolfsignalen van de GPS satellieten zich voornamelijk in een rechte lijn naar de antenne voortplanten, kan een GPS is de afkorting van "Globaal Positioneringssysteem";...
Het oplossen van problemen Controleer of het probleem te wijten is aan een kleine bedieningsfout of een storing. Kijk eerst de onderstaande tabel na alvorens contact op te nemen met uw plaatselijke dealer voor eventuele reparaties. Het systeem gaat niet aan. Het systeem gaat niet aan.
This file has been downloaded from: www.UsersManualGuide.com User Manual and User Guide for many equipments like mobile phones, photo cameras, monther board, monitors, software, tv, dvd, and othes.. Manual users, user manuals, user guide manual, owners manual, instruction manual, manual owner, manual owner's, manual guide, manual operation, operating manual, user's manual, operating instructions, manual operators, manual operator, manual product, documentation manual, user maintenance, brochure, user reference, pdf manual Downloaded from:...