4 Gebruik
4.1 In-/uitschakelen
Neem alle belading van het weegplateau en schakel de weegschaal in/uit, met behulp van de
schakelaar aan de rechter onderzijde van de weegschaal.
4.2 Nulstelling
Nul bereik: ± 2% van het max. weegbereik.
Indien een waarde op het display wordt weergegeven, terwijl er geen object op het weegplateau ligt,
drukt u op de ZERO toets om de waarde op nul te zetten.
4.3 Tarra
Leg het te tarreren gewicht op het weegplateau en druk op de TARRA toets, om het gewicht te
tarreren. De TARRA functie is nu geactiveerd. Neem vervolgens het gewicht (bijv. een lege container)
van het weegplateau en de weegschaal zal het gewicht als negatieve waarde weergeven. Druk
opnieuw op de TARRA toets, om de functie te verlaten.
4.4 Stuktelling
Is het gewicht van een enkel object bekend, kan deze rechtstreeks ingevoerd worden, met behulp
van de cijfertoetsen. De invoer kan bevestigd worden met de
kan deze met behulp van het object ingevoerd worden. In dit geval plaatst u het object op de
weegschaal en voert u het aantal in met behulp van de cijfertoetsen. Het ingevoerde aantal wordt
weergegeven op het display. Druk vervolgens op de
weergeven op het display.
4.5 Alarm
De bediener heeft de mogelijkheid een max. stuk-aantal in te voeren. Wordt dit aantal overschreden
klinkt een alarmsignaal. Voer hiertoe een aantal in, met behulp van de cijfertoetsen en druk daarna
op de
toets. Om het max. stuk-aantal te wissen, drukt u op de
4.6 Geheugen
Druk op de
toets, nadat de weergave zich gestabiliseerd heeft, om de actuele waarde in het
interne geheugen op te slaan. Op het "Weight-display" wordt het totale aantal opgeslagen metingen
(max. 99) weergegeven. Op het display verschijnt „OL", wanneer het interne geheugen vol is en
gewist dient te worden. Om het geheugen te wissen drukt u op de
Belangrijk: De weegschaal dient na elke weging ontladen te worden, zodat een nieuwe waarde
opgeslagen kan worden.
GEBRUIKSAANWIJZING PCE-PCS Serie
5
toets. Is het gewicht niet bekend,
toets, het gewicht en het aantal wordt
toets.
toets.