Nr.
Omschrijving
1
Kabelklem
2
Doorvoertule voor aardingskabel
3
Verbindingsmoer
4
Doorvoertule voor Ethernet Smart
Charging-netwerkkabel
5
Doorvoertule voor de hoofdvoed-
ing
6
Doorvoertule voor voeding van
Smart Charging Network
7
Pakking voor bodemplaat
8
Bodemplaat
3.5 Accessoires
Item/artikelnum-
Afmetingen
mer
Betonnen onderstel
570 x 350 x 220
833829300-ICU
mm
Metalen onderstel
598 x 204 x 300
803828601-ICU
mm
Extra RFID-kaart
203120010-ICU
3.6 Installatiehulpmiddelen
•
Niveau
•
Schep
•
Stanleymes
•
Phillips schroevendraaier
•
Draadstriptang
•
Doppenset/steeksleutels
3.7 Installatievoorwaarden
Controleer het geleverde wat betreft de sloten:
De deurhevel van het laadstation is voorzien van 2 sloten:
•
het linkerslot is voor de eigenaar van het laadstation,
•
het rechterslot is voor de netbeheerder.
1.
Schuif de bescherming weg van het slot: het laadstation
kan uitgerust zijn met 1, 2 of geen cilinderslot(en).
Alfen ICU B.V. | Installatie- en gebruikershandleiding | Twin 5 | Laadstations elektrische auto's | V1.2 | NL | 10/2022 | 203130172-ICU
3. INSTALLEREN EN AANSLUITEN
2.
Open het slot met de bijgeleverde sleutel(s) (of
Aantal
bijgeleverde loper indien geen cilinders geplaatst zijn).
3.
Trek de hevel eruit.
1
4.
Draai de hevel tegen de klok in om de deur te openen.
1
3.8 Mechanische installatieprocedure
1
3.8.1 Sokkel voor montage op de grond
1
1.
Graaf een gat van circa 50x50 cm en 55 cm diep en
vlak horizontaal uit.
3
2.
Plaats de sokkel en zet waterpas.
3.
Plaats de meegeleverde wartels en snijtules op de
1
afdichtplaat. Plaats het geheel aan de onderkant van
het laadstation.
2
4.
Gebruik een aardelektrode of aardingspen, afhankelijk
van de lokale regelgeving.
1
3.8.2 De grondkabel en aardkabel aansluiten
1.
Breng een voorziening aan in de vorm van een
hoofdaardrail rechts onderin het laadpunt om het
laadstation te aarden. (Dit geldt voor zowel een PE-
kabel als een aardingspen)
Gewicht
2.
Haal de grondkabel door de mantelbuis, betonsokkel en
tule in de afdichtingsplaat.
42 kg
3.
De overlengte vanaf de bovenkant van de sokkel moet
minimaal 250 mm zijn. Wegens de montage van de
trekontlasting is het aangeraden de kabel pas op maat
7,8 kg
te snijden als het laadstation op de sokkel gemonteerd
staat.
4.
Haal de aarddraad die uit de aardingspen steekt door
de sokkel en draai deze in de afdichtingsplaat (zie
positie 3 in de afbeelding 3.2).
13