5. DE SNIJMESSEN VERVANGEN
LET OP
• Verwijder altijd de accu uit het gereed-
schap voordat u de snijmessen vervangt.
• De snijmessen zijn scherp: wees
voorzichtig wanneer u deze hanteert.
• Let goed op dat de snijmessen in de juiste
richting worden geplaatst (afb. W).
• Draai de inbusschroeven waarmee de
bladen worden vastgezet stevig vast
(afb. V).
1 Draai de inbusschroeven waarmee het
snijmes is vastgezet (2 per snijmes) los
met inbussleutel nr. 4 en verwijder het
oude snijmes.
2 Plaats het nieuwe snijmes zoals
weergegeven in afb. W en draai de
inbusschroeven stevig vast.
6. ONDERHOUD
WAARSCHUWING
• Controleer voordat u het gereedschap
inspecteert of de accu is verwijderd uit het
apparaat. Het niet opvolgen van deze
instructie kan leiden tot ernstig letsel.
• Controleer voordat u de acculader JC928
inspecteert of deze is ontkoppeld van de
stroomtoevoer.
1 Inspecteer het gereedschap regelmatig.
Om goed te blijven functioneren, moet het
apparaat regelmatig worden geïnspecteerd
en schoongemaakt.
Controleer regelmatig of alle schroeven
goed zijn vastgedraaid.
Niet goed vastgezette schroeven kunnen
leiden tot ongelukken of defecten. Draai
eventuele loszittende schroeven stevig vast.
2 Smeer het apparaat niet. Gebruik nooit
smeermiddel op dit apparaat.
Smeermiddelen tasten het smeervet in het
apparaat zelf aan, wat kan leiden tot
storingen en defecten in het apparaat.
3 Dompel het gereedschap niet onder in
een vloeistof. Gebruik alleen de
gespecificeerde olie in het apparaat -
geen andere vloeistoffen.
7. OPSLAG
Bewaar het apparaat niet in een koude
omgeving. Sla het op in een warme ruimte.
Bewaar het apparaat op een warme en droge
plaats als het niet gebruikt wordt. Houd het buiten
bereik van kinderen. Alle hoogwaardige
gereedschappen slijten door normaal gebruik en
vergen daardoor onderhoud of vervanging van
onderdelen.
OPSLAG VAN HET APPARAAT
Als u klaar bent met het werk of het gereedschap
enige tijd niet wordt gebruikt, verwijder dan de
accu uit het apparaat. Bewaar het apparaat met
alle bijbehorende accessoires op een
goedgeventileerde, droge plaats met een
omgevingstemperatuur tussen -20 °C en +40 °C.
De accu, met de beschermkap op de contact-
punten (ter voorkoming van kortsluiting), dient te
worden bewaard op een goedgeventileerde,
droge plaats met een omgevingstemperatuur
tussen -20 °C en +30 °C.
LET OP
ALS U DE ACCU LANGER DAN 6 MAANDEN
OPSLAAT ZONDER HEM TE GEBRUIKEN,
KUNNEN DE PRESTATIES ERVAN
ACHTERUIT GAAN. VOLG IN DAT GEVAL DE
ONDERSTAANDE INSTRUCTIES OP:
• Laad de accu volledig op voordat u hem
opslaat.
• Plaats de beschermkap op de contact-
punten om kortsluiting te voorkomen.
• Bewaar de accu op een goedgeventileerde,
droge plaats met een
omgevingstemperatuur tussen -20 °C en
+30 °C.
• Bewaar de accu niet op een plaats waar hij
blootstaat aan direct zonlicht.
16