4. GEBRUIKSINSTRUCTIES
VOOR ACCU
1. OPLADEN
WAARSCHUWING
• Voordat u de accu verwijdert: druk de
veiligheidsvergrendeling in (zie afb. P) en
houd uw vingers uit de buurt van de
trekker (afb. A, pos. 5).
1 Afb. D: over de contactpunten van de accu
is een beschermkap geplaatst (afb. D,
pos. 13) zodat de polen niet kunnen
worden kortgesloten. Verwijder deze kap
voordat u de accu in de oplader plaatst.
Afb. E: als u de accu wilt opladen: houd de
handgreep van het apparaat stevig vast en
verwijder de accu van het apparaat door
de vergrendelingen aan beide kanten in te
drukken (afb. E, pos. 16).
2 Afb. F: steek de stekker van de oplader in
een wandstopcontact (100 - 240 V AC).
De rode LED (afb. F, pos. 20), die
aangeeft dat er spanning op het
apparaat staat, knippert en er klinken
twee korte pieptonen (piep-piep).
ALS DE ORANJE STAND-BY-LED
BRANDT:
Als de accu te warm wordt (na langdurig continu
gebruik of blootstelling aan direct zonlicht)
schakelt de oplader automatisch naar stand-
bymodus om de accu te beschermen. De oranje
stand-by-LED brandt totdat de temperatuur van
de accu weer op een veilig niveau is. Het
opladen wordt daarna automatisch hervat.
ALS DE ACCU TE KOUD IS:
Als de accu in de acculader wordt geplaatst
maar te koud is (beneden 5 °C), wordt het
opladen automatisch onderbroken totdat de
temperatuur stijgt tot 5 °C of hoger.
Laat de accu opwarmen in een ruimte op
kamertemperatuur en probeer hem dan
opnieuw op te laden.
ALS DE ORANJE STAND-BY-LED
KNIPPERT:
Dit geeft aan dat de accu niet kan worden
opgeladen. Neem de stekker van het
oplaadsnoer uit het stopcontact en controleer de
accuhouder. Verwijder eventueel stof of vuil met
een droge, zachte doek. Als hierna de oranje
LED blijft knipperen, is er mogelijk sprake van
een defect aan de accu of de oplader. Zend
beide naar de dealer voor onderhoud.
3 Afb. G: de accu opladen.
(1) Schuif de accu volledig in de houder op de
oplader, totdat hij stevig vastzit.
(2) Het opladen begint automatisch. Dit wordt
aangegeven door de rode oplaadindicator
en pieptonen.
(3) De oplaadtijd bedraagt ongeveer 35 minuten
(tot 90% van capaciteit). Deze tijd kan
variëren, afhankelijk van temperatuur en
bronspanning.
(4) Bij koude accu's (10 °C of lager) kan het
opladen langer duren. Tijdens het opladen
bij lage temperaturen branden zowel de
rode als de oranje LED.
4 Afb. H: Als de accu opgeladen is, houdt
de LED op met rood te branden en gaat
hij groen knipperen.
De LED (afb H, pos. 20) knippert langzaam
groen en er klinkt gedurende ongeveer
2 seconden een pieptoon. De accu is nu
opgeladen tot ongeveer 90% van zijn
capaciteit. Het snelladen duurt ongeveer
35 minuten; afhankelijk van de
omgevingstemperatuur en de
bronspanning kunnen de oplaadtijd en de
opgeladen capaciteit echter variëren.
Afb. I: U kunt de accu al gebruiken als de
snellaadfase voorbij is. Als u de accu op de
oplader laat zitten, gaat het opladen echter
door. Als de accu volledig is opgeladen (tot
100% van zijn capaciteit), gaat LED groen
branden en klinkt er een pieptoon van
ongeveer 2 seconden.
(1) Afb. J: Verwijder de accu van de acculader
als het opladen is voltooid.
(2) Afb. K: Trek de stekker van het stroomsnoer
van de acculader uit het stopcontact.
LET OP
• Bewaar een ontladen accu niet langere tijd
zonder hem op te laden. Een accu kan
beschadigd raken doordat hij in ontladen
toestand uit het apparaat wordt genomen
en gedurende lange tijd niet wordt
gebruikt. Laad de accu direct na het
ontladen weer op.
12