Plaats de tillift altijd op een volledig horizontaal vlak voor het uitvoeren van
correcte metingen. Als de lift te scheef staat beïnvloed dit de nauwkeurigheid van
de meting. Tilliften met een gecertificeerde weegunit zijn uitgevoerd met een
functie die scheefstand detecteert en meldt. Als de lift te scheef staat voor het
uitvoeren van een correcte meting zal de handbediening iedere 15 seconde 7 maal
kort achter elkaar piepen en continue knipperen. De lift moet dan verplaatst
worden naar een vlakkere ondergrond.
1.
Zet voor het uitvoeren van een meting het display aan door de aan-uit schakelaar een paar
seconden ingedrukt te houden. Tijdens het opstarten van het display wordt eerst systeem
informatie getoond voordat een gewichtsindicatie verschijnt. Zet het display bij voorkeur aan met
een lege sling bevestigd aan het juk. De weegunit stelt deze situatie dan in op 0.0 kg.
Deze nulstelling, waarbij het gewicht van de sling af wordt getrokken van het getilde gewicht kan
eventueel ook na inschakeling gedaan worden door op de knop 'TARE' te drukken.
2. Zorg dat de cliënt in het midden in de sling zit en niet naar links of rechts hangt.
3. Til de cliënt vervolgens op de gebruikelijke wijze omhoog.
4. Draai het tiljuk zodanig dat de cliënt met het gezicht naar de mast wijst. Aan de voorzijde van de
arm en het tiljuk dienen de rode strepen in lijn met elkaar te staan (1).
5. Zet bij een 4-punts tiljuk het juk in de stand tussen liggen en zitten in waarbij de rode strepen op
de assen van het juk met elkaar in lijn liggen (2).
6. Zorg er voor dat de rand van de blauwe kap van het onderste mastgedeelte is uitgelijnd tussen de
onderste en bovenste rode streep op het bovenste mastgedeelte. Lijn de mastdelen bij voorkeur
uit op de middelste streep (3).
7. Controleer bij tilliften met een gecertificeerde weegunit of het alarm op scheefstand is geactiveerd
(4). Als iedere 15 seconde een serie korte piepen is te horen en de aan-uit indicatie van de
handbediening continue knippert staat de lift te scheef. Verplaats de lift dan naar een plaats waar
het alarm uitschakelt.
Let op!
Wijziging van de houding van de cliënt ten opzichte van de instructies kan leiden
tot afwijkende meetwaarden. Controleer daarom voor het aflezen van de
meetwaarde de positie en houding van de cliënt nogmaals goed. Zorg dat de cliënt
volledig is opgetild in de sling en geen contact maakt met andere objecten.
•
Het display schakelt automatisch uit na 5 minuten. Eventueel kan het display ook uitgeschakeld
worden door de aan-uit schakelaar 3 seconden ingedrukt te houden.
•
Het tussentijds uitvoeren van een nulstelling (Tar) kan gedaan worden door de 'TARE' knop kort in
te drukken. Het display toont dan 0.0 kg en het woord 'NET' (Netto gewicht).
1.
Gezicht van cliënt wijst
richting de mast.
2.
De strepen op de assen van
het tiljuk liggen in lijn.
3.
De mast is uitgelijnd op de
middelste lijn.
4.
Het alarm op scheefstand
is uit.
19