Druk op de rechterknop [36]. Het wachtwoord-
instellingenmenu wordt weergegeven op de display.
Afbeelding 42.
Draai de rechterknop [36] om te selecteren:
nummers 0-9,
Druk op de rechterknop [36] om het eerste teken van
het wachtwoord te bevestigen.
De volgende nummers worden in dezelfde methode
geselecteerd.
Opmerking: na het instellen van het laatste
tekensysteem gaat u automatisch af
Vergrendelfunctie - hiermee kunt u
sommige functies op de bar met
lasparameters vergrendelen/ontgrendelen.
Om functies te vergrendelen:
Toegang tot het Instel- en Configuratie-menu.
Gebruik de rechterknop [36] om het pictogram
Functies vergrendelen te markeren.
Afbeelding 43.
Druk op de rechterknop [36]. Het menu Functies
vergrendelen wordt weergegeven op de display.
Gebruik de rechterknop [36] om de functie te
markeren (bijvoorbeeld "Geavanceerde instellingen").
Afbeelding 44.
Nederlands
Druk op de rechterknop [36]. Het pictogram van de
gekozen parameter verdwijnt van het onderste gedeelte
van de display (Afbeelding 45.). Deze parameter
verdwijnt ook uit de balk Lasparameters [44].
Opmerking: om de functie te ontgrendelen, moet de
gebruiker dezelfde stappen uitvoeren als de stappen om
de functie te vergrendelen.
Functies activeren/deactiveren - hiermee
kunt u functies activeren/deactiveren om het
geheugen te sparen.
Om functies te activeren/deactiveren:
Toegang tot het Instel- en Configuratie-menu.
Gebruik de rechterknop [36] om het pictogram te
markeren:
Druk op de rechterknop [36] om te bevestigen. Het
menu Functies activeren/deactiveren wordt
weergegeven op de display.
Gebruik de rechterknop [36] om het functienummer
te markeren. Het pictogram van de gekozen functie
verdwijnt uit het onderste gedeelte van de display.
20
Afbeelding 45.
Afbeelding 46.
Afbeelding 47.
Nederlands