Zorg en reiniging
ZORG DRAGEN
VOORZICHTIG
■ De luchtfilter reinigen
1. De luchtfilter verwijderen
• Bodemaanzuiging
Trek de onderkant van de luchtfilter naar achter, over de bochtstukken (2 bochtstukken voor
type 25/35, 3 bochtstukken voor type 50/60).
• Vooraanzuiging
Trek de filter over de bochtstukken (2 bochtstukken voor type 25/35, 3 bochtstukken voor
type 50/60) aan de achterkant van de unit.
2. De luchtfilter reinigen
Verwijder met een stofzuiger het stof van de luchtfilter
en spoel deze voorzichtig met koud water. Gebruik geen
detergent of warm water om te voorkomen dat de filter gaat
krimpen of vervormd raakt. Droog de filter na het reinigen in
de schaduw.
3. De luchtfilter vervangen
• Bodemaanzuiging
Haak de filter achter de flap aan de bovenkant van het toestel en druk de andere kant
voorzichtig over de bochtstukken (2 bochtstukken voor type 25/35, 3 bochtstukken voor
type 50/60).
• Vooraanzuiging
Haak de filter achter de flap in het midden van het toestel en druk de andere kant voorzichtig
over de bochtstukken (2 bochtstukken voor type 25/35, 3 bochtstukken voor type 50/60).
Bij voorzijde
7
• Het onderhoud mag alleen worden uitgevoerd
door bevoegd servicepersoneel.
• Schakel de unit en de onderbreker uit, voordat
u hem schoonmaakt.
Hoofdunit
Bevestig de filter
op de hoofdunit
door deze op de
bochtstukken
te drukken
Kracht
(2 bochtstukken
voor type 25-35,
3 bochtstukken
voor type
Filter
50-60).
Kracht
Bij onderzijde