Opslag en onderhoud van de Vloeistofstroomsensor
Spoel de Vloeistofstroomsensor na gebruik met schoon water en dep hem droog met
papier of een schone doek. Daarna kan de sensor worden opgevouwen en
opgeborgen.
Om de levensduur van de Vloeistofstroomsensor te verlengen is het raadzaam om de
bewegende onderdelen van het schoepenrad te smeren na een aantal keren
veldgebruik.
Vermijd bij gebruik dat het schoepenrad in aanraking komt met rotsen en andere
harde oppervlakken in het water. Indien de bladen van het schoepenrad verbogen
zijn, zal dit de nauwkeurigheid van de sensor nadelig beïnvloeden.
Suggesties voor experimenten
De Vloeistofstroomsensor kan worden gebruikt voor o.a. de volgende experimenten:
Het doorstroomvolume berekenen
Het doorstroomvolume of de uitstroom is het volume water dat door een
doorsnede van een bedding stroomt gedurende een bepaalde tijdseenheid. Om
het doorstroomvolume te bepalen wordt de dwarsdoorsnede van de stroom of
rivier gemeten. Vervolgens wordt met de Vloeistofstroomsensor op dezelfde
plaats de stroomsnelheid van het water bepaald. Het doorstroomvolume kan nu
worden berekend door het oppervlak te vermenigvuldigen met de
stroomsnelheid.
Bepaling van de transportsnelheid van sedimenten
De hoeveelheid sedimenten en de
maximale grootte van deeltjes die door
stromend water kan worden
getransporteerd is gerelateerd aan de
stroomsnelheid. Daarom kunnen
stroomsnelheidsgegevens van de
Vloeistofstroomsensor worden gebruikt
om te bepalen welke afmeting van
deeltjes meegevoerd wordt bij een
bepaalde stroomsnelheid. Een tabel,
afgeleid uit verschillende metingen
geeft aan dat bij een gegeven
stroomsnelheid er verschillende
gedragsmogelijkheden zijn voor
sedimentdeeltjes die in de bedding
liggen of zich in de waterstroom
Gebruikershandleiding Vloeistofstroomsensor 0387i| 3