Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Hwam® Smartcontroltm Aansluiten - HWAM 3630 Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor 3630:
Inhoudsopgave

Advertenties

7. Rookkanalen van de HWAM kachel.
8. Dekplaat in buitenste achterplaat: afbreken als de achteruitgang wordt gebruikt.
9. Opgeschroefd deksel: op de topplaat schroeven als de achteruitgang wordt gebruikt.
10. Rookbus: op de achterzijde schroeven als de achteruitgang wordt gebruikt.
11. Regelklep in rookbuis.
12. Reinigingsluik.
13. Rookbuis voor achteruitgang.
14. Los deksel van gietijzer: moet in de topplaat worden gelegd als de achteruitgang wordt gebruikt.
Het monteren van afzonderlijke delen
Controleer voor het opstellen van de kachel of alle afzonderlijke delen correct gemonteerd zijn. Controleer
of alle isolatieplaten correct zijn geplaatst in de verbrandingskamer, d.w.z. dat de bodemplaat horizontaal
ligt en dat de zijplaten verticaal zijn geplaatst en dicht tegen de stalen zijkanten en de bodemplaat aanliggen.
Verticale doorsnede van de kachels (Tekening B)
B1: HWAM 3630, HWAM 3640
B2: HWAM 3650, HWAM 3660
1. Rookplaat. Moet op de stalen rail en de houder middenvoor liggen.
2. De rookgeleidingsplaat is aan drie haken onder de topplaat opgehangen. De ene haak heeft een extra
gebogen rand als transportbeveiliging. Deze rand moet echter voor de montage worden verwijderd.
Doe dit met een schroevendraaier.
3. Rookafvoer naar achteren. In de fabriek afgesloten met een opgeschroefde plaat. Hierdoor is de
rookafvoer achter de achterplaat verborgen.
4. Losse achterplaat. Dient altijd gemonteerd te zijn als de kachel tegen een brandbare wand staat.
5. Los warmteschild. Dient altijd gemonteerd te zijn als de kachel tegen een brandbare wand staat.
6. Los warmteschild onder de asla. Kan als deksel worden gebruikt als de asla wordt verwijderd om deze
te legen. Dient altijd gemonteerd te zijn als de kachel brandt.
De HWAM® SmartControlTM aansluiten
Voordat u de kachel kunt gaan gebruiken, moet deze op de elektriciteit worden aangesloten. Zie de
instructies in de afzonderlijke handleidingen van de app IHS SmartControl
kachel te verbinden met de app en de draadloze kamertemperatuursensor.
De schoorsteen
De schoorsteen is de motor van de kachel en allesbepalend voor de werking van de kachel. De schoor-
steentrek geeft een onderdruk in de kachel. Deze onderdruk verwijdert de rook uit de kachel, zuigt lucht
door de klep naar de zgn. smoorklep, die de ruit vrij van roet houdt, en zuigt lucht aan door de primaire
en secundaire kleppen voor de verbranding.
De schoorsteentrek ontstaat door het temperatuursverschil tussen binnen en buiten de schoorsteen.
Hoe hoger de temperatuur in de schoorsteen, hoe beter de schoorsteentrek. Het is daarom van essen-
tieel belang dat de schoorsteen goed wordt verwarmd voordat de luchttoevoer wordt geregeld en zo
de verbranding in de kachel wordt beperkt (een stenen schoorsteen is niet zo snel warm als een stalen
schoorsteen). Als de trek in de schoorsteen door weers- en windomstandigheden slecht is, is het extra
belangrijk dat de schoorsteen zo snel mogelijk wordt verwarmd. Er moet dan snel voor vlammen worden
gezorgd. Maak de stukken hout extra klein, gebruik een extra aanmaakblokje, of dergelijke.
Als de kachel enige tijd niet meer is gebruikt, moet worden gecontroleerd of de schoorsteenpijp niet
verstopt is. Er kunnen verschillende installaties op één schoorsteen worden aangesloten. Wel moet dan
eerst worden nagegaan welke voorschriften hierop van toepassing zijn.
12
of in de Snelgids om de
TM

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

364036503660

Inhoudsopgave