Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Trotec TC100 Bedieningshandleiding pagina 11

Inhoudsopgave

Advertenties

Omgevingstemperatuur:
1. Schakel het apparaat uit.
2. Tegelijk de toets MODE (10) en de toets licht/
drukeenheid (8) ingedrukt houden en kort op de toets aan/
uit (3) drukken.
ð Op het display (1) wordt de waarde "0.0" weergegeven.
3. De toets MODE (10) en de toets licht/drukeenheid (8) weer
loslaten.
4. Om vervolgens de drempelwaarde voor de
omgevingstemperatuur te verhogen, de toets SET (9)
ingedrukt houden en kort op de toets HOLD (2) drukken.
ð De drempelwaarde wordt in stappen van 0,1 verhoogd.
5. Om de drempelwaarde voor de omgevingstemperatuur te
verlagen, de toets SET (9) ingedrukt houden en kort op de
toets licht/drukeenheid (8) drukken.
ð De drempelwaarde wordt in stappen van 0,1 verlaagd.
6. Druk tegelijk op de toets MODE (10) en de toets aan/uit (3)
om de ingestelde drempelwaarde op te slaan.
ð De melding "Save" verschijnt kort op het display (1) en
de gekozen drempelwaarde is opgeslagen als instelling.
7. Schakel het apparaat uit en start het opnieuw op, om
verder te kunnen gaan met de gewijzigde instellingen.
Relatieve luchtvochtigheid:
1. Schakel het apparaat uit.
2. Tegelijk de toets MODE (10) en de toets licht/
drukeenheid (8) ingedrukt houden en kort op de toets aan/
uit (3) drukken.
ð Op het display (1) wordt de waarde "0.0" weergegeven.
3. De toets MODE (10) en de toets licht/drukeenheid (8) weer
loslaten.
4. Om vervolgens de drempelwaarde voor de relatieve
luchtvochtigheid te verhogen, de toets MAX/MIN (4)
ingedrukt houden en kort op de toets HOLD (2) drukken.
ð De drempelwaarde wordt in stappen van 0,1 verhoogd.
5. Om de drempelwaarde voor de relatieve luchtvochtigheid
te verlagen, de toets MAX/MIN (4) ingedrukt houden en
kort op de toets licht/drukeenheid (8) drukken.
ð De drempelwaarde wordt in stappen van 0,1 verlaagd.
6. Druk tegelijk op de toets MODE (10) en de toets aan/uit (3)
om de ingestelde drempelwaarde op te slaan.
ð De melding "Save" verschijnt kort op het display (1) en
de gekozen drempelwaarde is opgeslagen als instelling.
7. Schakel het apparaat uit en start het opnieuw op, om
verder te kunnen gaan met de gewijzigde instellingen.
NL
Meetresultaten opslaan en oproepen
Het apparaat heeft de mogelijkheid maximaal 99 meetresultaten
op te slaan. Ga als volgt te werk, om een gemeten waarde op te
slaan:
1. Druk kort op de toets SET (9).
ð De tekst "Rec" wordt kort op het display (1)
weergegeven naast de meetwaardeweergave
luchttemperatuur (16).
ð De geheugenplaats voor de actueel opgeslagen
meetwaarde wordt ca. 2 seconden op het display
weergegeven op de positie voor de meetwaarde
luchtdruk (20).
Ga als volgt te werk, om een opgeslagen meetresultaat op te
roepen:
1. De toets MODE (10) ca. 3 seconden ingedrukt houden.
ð Het laatste op geheugenplaats "01" opgeslagen
meetresultaat wordt weergegeven.
2. Met de toets HOLD (2) en de toets licht/drukeenheid (8)
kan door de opgeslagen meetresultaten worden gebladerd.
Opgeslagen meetresultaten wissen
U kunt alle opgeslagen meetresultaten altijd wissen. Daarbij
worden geen individuele meetresultaten gewist, maar alle
opgeslagen meetresultaten in één keer.
Ga als volgt te werk, om de opgeslagen meetresultaten te
wissen van het apparaat:
1. De toets MODE (10) ca. 3 seconden ingedrukt houden.
ð Het laatste op geheugenplaats "01" opgeslagen
meetresultaat wordt weergegeven.
2. De toets SET (9) ca. 2 seconden ingedrukt houden.
ð Alle opgeslagen meetresultaten worden gewist.
ð Op het display (1) verschijnt bij de meetresultaten
"- - -" en de waarde voor de gekozen geheugenplaats
is "00".
3. Twee keer de toets MODE (10) ca. 3 seconden ingedrukt
houden, voor het omschakelen naar normaal meetbedrijf.
ð U kunt verdergaan met de actuele meting.
Alarm voor WBGT-index configureren
U kunt de waarden voor de WBGT-index definiëren, waarbij bij
het overschrijden een akoestisch alarm wordt geactiveerd.
Vanuit de fabriek is de alarmfunctie gedeactiveerd. Voor
metingen in binnenruimten (Indoor) kan de waarde tussen
15,0 °C en 59,0 °C, voor metingen in de buitenlucht (Outdoor)
tussen 15,0 °C en 56,0 °C worden ingesteld.
Ga als volgt te werk, om de alarmfunctie te configureren:
1. De toets MODE (10) ca. 3 seconden ingedrukt houden.
ð Het laatste op geheugenplaats "01" opgeslagen
meetresultaat wordt weergegeven.
2. De toets MODE (10) opnieuw ca. 3 seconden ingedrukt
houden.
ð Op het display (1) wordt de actueel ingestelde waarde
voor de WBGT-index weergegeven, waarbij bij het
overschrijden een akoestisch alarm wordt geactiveerd.
thermohygrometer TC100
11

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave