5 In bedrijf nemen met de display- en bedieningsmodule
Snelinbedrijfname
Algemeen
14
1
Fig. 11: Plaatsen van de display- en bedieningsmodule bij de tweekamerbehui-
zing
1
In de elektronicaruimte
2
In de aansluitruimte (bij Ex-d-ia-uitvoeringen niet mogelijk)
Opmerking:
Indien u naderhand het instrument met een display- en bedienings-
module voor permanente meetwaarde-aanwijzing wilt uitrusten, dan
is een verhoogd deksel met venster nodig.
5.2
Parametrering - snelinbedrijfname
Om de sensor snel en vereenvoudigt op de meettaak aan te passen,
kiest u in het startvenster van de display- en bedieningsmodule het
menupunt "Snel-inbedrijfname".
De aanvullende bediening is opgenomen in de volgende paragraaf.
Sensoradres
In het eerste menupunt moet u een sensoradres toekennen. De
keuzeschakelaars op de elektronica zijn af fabriek op het sensoradres
126 ingesteld. Dat betekent, dat het sensoradres via de display- en
bedieningsmodule veranderbaar is.
Wanneer u met de keuzeschakelaars een sensoradres instelt, kleiner
dan 126, dan gelddt de ingestelde waarde. In dit geval is de adresin-
stelling via de display- en bedieningseenheid niet beschikbaar.
2
VEGAFLEX 81 • Profibus PA