LX501/LX601i/LW401/LW551i/LWU421/LWU501i
Verbindingskabels
4.2 Signaalkabels verbinden
Er zijn twee manieren om het beeld van de subprojector te projecteren. (18, 19)
- Beeld projecteren vanaf de MONITOR OUT poort van hoofd- naar sub.
- Een individuele afbeelding naar sub- en hoofd- brengen.
Een afbeelding van hoofd- naar sub- brengen
1.
Verbind de MONITOR OUT poort met de hoofd COMPUTER IN1 poort van
sub- met een computerkabel.
2.
Verbind het beelduitvoerapparaat met een
van de invoerpoorten van de hoofdprojector.
N.B. intellectuele stapeling
• COMPUTER IN1 en IN2 kunnen tijdens
intellectuele stapeling worden gebruikt als
invoerpoorten voor de hoofdprojector. Gebruik
geen andere poorten voor beeldinvoer.
- U kunt componentsignalen voor
COMPUTER IN1 en IN2 invoeren.
- U kunt videosignalen invoeren in de Y pin
van de componentvideo van COMPUTER IN1
en IN2.
N.B. voor gewone stapeling
• COMPUTER IN1 en IN2 kunnen worden
gebruikt als de invoerpoort voor de projector die
verbonden is met een computerkabel en haar
MONITOR OUT poort.
→
INSTELLING
menu) Als u andere
invoerpoorten wilt gebruiken, voert u het beeld
individueel van sub- naar hoofd- in.
Een individuele afbeelding naar sub- en hoofd- brengen
1.
Verdeel het uitvoersignaal van uw beeldapparaat over twee apparaten met
een signaalverdeler.
2.
Verbind de uitvoerpoorten van het beelduitvoerapparaat met dezelfde invoer-
poorten als de hoofd- en subprojectors.
N.B. intellectuele stapeling • LAN, USB TYPE A en USB TYPE B kunnen
tijdens intellectuele stapeling niet worden gebruikt als invoerpoorten voor de hoofdprojector.
N.B. voor gewone stapeling • De poorten die compatibel zijn met het signaal
kunnen worden gebruikt. Voer hetzelfde signaal individueel in bij de twee projectors.
Overlap Handleiding
(Gebruikershandleiding
24
Hoofd
Sub
Verbinding bijvoorbeeld in
Intellectuele Stapeling
020-000495-02 Rev. 1 (06-2012)