GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Alle elektrische onderdelen (thermistors inbegrepen)
krijgen stroom van de elektrische voeding. Raak ze NIET
aan met blote handen.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Schakel de elektrische voeding langer dan 10 minuten uit
en meet de spanning aan de aansluitklemmen van de
condensatoren
van
onderdelen vooraleer u een onderhoud uitvoert. De
spanning MOET minder dan 50 V DC zijn vooraleer u
elektrische onderdelen mag aanraken. Raadpleeg het
bedradingsschema
voor
aansluitklemmen.
b
c
d
e
f
DC+
DC-
h
a
a
Multimeter (wisselstroomspanningsbereik)
b
S80 – kabel elektromagnetische omkeerklep
c
S70 – kabel van de ventilatormotor
d
Led
e
S90 – thermistorkabel
f
S20 – kabel elektronische expansieklep
g
S40 – kabel thermisch overbelastingsrelais
h
DB1 - diodebrug
6.7.3
Richtlijnen voor het aansluiten van de
elektrische bedrading
Denk aan de volgende punten:
▪ Indien gevlochten geleiders worden gebruikt, plaats een rond oog
op het uiteinde. Schuif het rond oog over de draad tot aan het
bekleed gedeelte en maak het oog vast met een geschikt
werktuig.
b
a
a
Gevlochten geleider
b
Ronde krimpklem
▪ Gebruik de volgende methodes om de draden te verbinden:
Draadtype
Éénaderige draad
A
a Éénaderige draad met open lus
b Schroef
c Platte sluitring
ARXM25~35N2V1B9+RXM20~35N2V1B9
R32 Split-reeks
4P518023-5C – 2018.09
de
hoofdkring
of
elektrische
de
plaats
van
g
Methode
c b
AA´
A´
c
a
a
Draadtype
Gevlochten geleider
met rond oog
de
Aanhaalmomenten
Item
M4 (X1M)
M4 (aarding)
▪ Als éénaderige draden worden gebruikt, moet u met het uiteinde
van de draad een lus vormen. Anders kan dit verhitting of een
brand veroorzaken.
▪ De aardingsdraad tussen de kabelbevestiging en de klem moet
langer zijn dan de andere draden.
6.7.4
Specificaties van de
standaardcomponenten van de bedrading
Onderdeel
Voedingskabel
Spanning
Fase
Frequentie
Draaddikten
Kabel tussen de units (binnen↔buiten)
Aanbevolen onderbreker
Aardlekschakelaar
6.7.5
De elektrische bekabeling op de
buitenunit aansluiten
1 Verwijder
het
openen" op
pagina 12.
2 Strip de isolatie (20 mm) van de draden af.
a
a
Strip de draad tot aan dit punt
b
Als te veel draad wordt gestript, kan dit tot elektrische
schokken of lekkages leiden.
3 Open de kabelklem.
6 Installatie
Methode
c b
a
B
B
a
a Klem
b Schroef
c Platte sluitring
O Toegelaten
X NIET toegelaten
Aanhaalmoment (N•m)
1,5~1,6
1,4~1,5
1-3
Klasse 20
220~240 V
1~
50 Hz
3-aderige kabel
2
2,5 mm
H05RN-F (60245 IEC 57)
4-aderige kabel
2
1,5 mm
~2,5 mm
geschikt voor 220~240 V
H05RN-F (60245 IEC 57)
10 A
MOETEN voldoen aan de
toepasselijke wetgeving
servicedeksel.
Zie
"6.2.2 De
b
Uitgebreide handleiding voor de installateur
b
c
Klasse
25+35
2
~4,0 mm
2
en
13 A
buitenunit
19