Motor starten
Start de motor volgens de volgende procedure,
ongeacht of de motor koud of warm is.
Dit voertuig is uitgerust met een
zijstandaardbeveiliging met
ontstekingsblokkering.
Als de zijstandaard omlaag is geklapt, kan
u
de motor niet worden gestart.
Als u de zijstandaard omlaag klapt terwijl de
u
motor draait, slaat de motor automatisch af.
Dit voertuig is voorzien van een Honda
SMART Key-systeem. Houd de Honda SMART
Key altijd bij u tijdens het rijden.
Als de motor van dit voertuig wordt
uitgeschakeld terwijl de contactschakelaar in
de stand (On) staat, wordt de verificatie na een
bepaalde tijd uitgeschakeld of als u het
verificatiebereik verlaat. Start de motor opnieuw
door stap
&
van de startprocedure uit te
!d
!e
voeren.
OPM
● Als de motor niet binnen 5 seconden start, moet u
de contactschakelaar in de stand
10 seconden wachten voordat u de motor opnieuw
probeert te starten om de accuspanning te verhogen.
● Het langdurig versneld stationair draaien en het
verhogen van het toerental kunnen de motor en het
uitlaatsysteem beschadigen.
● Het snel openen van de gasklep of het langer dan
ongeveer 5 minuten versneld stationair laten draaien
van de motor kan een verkleuring van de uitlaatpijp
veroorzaken.
(B47)
(Off) zetten en
Vervolg
61